TU Eindhoven wil superzuinige auto (1 op 600) op de openbare weg gaan zetten

auto

Tijdens de Shell Eco-marathon legt het Ecomotive-team van de TU Eindhoven de lat voor zichzelf wel heel hoog. Het team wil laten zien dat hun auto niet alleen 1 op 600 kan rijden, maar ook nog eens klaar is om daadwerkelijk de openbare weg op te gaan.

Half mei is het weer zover: in Rotterdam komen studenten en scholieren uit heel Europa samen om de Eco-marathon te rijden. Tijdens de marathon leggen de studenten en scholieren met een zelfgebouwde auto een parcours af. En daarbij hebben ze maar één doel voor ogen: dat zo zuinig mogelijk doen!

Het team TU/Ecomotive. Foto: via Tuecomotive.nl.
Het team TU/Ecomotive. Foto: via Tuecomotive.nl.
Elektrisch
Eén van de teams die tijdens de Shell Eco-marathon namens Nederland zal uitkomen, is TU Ecomotive. De studenten van de TU Eindhoven doen voor het eerst mee en zijn superambitieus. Voor de Eco-marathon bouwden ze een elektrische auto, zo vertelt teammanager Tim Gerth aan Scientias.nl. “Naar ons idee zijn er drie soorten aandrijvingen om uit te kiezen. Een aandrijving met verbrandingsmotor, een brandstofcel en een elektrische aandrijving. Volgens onze visie gaat de elektrische aandrijving een steeds grotere rol spelen op de automarkt. Bovendien kun je het bouwen van een elektrische aandrijving relatief eenvoudig houden. Omdat 2013 het eerste jaar is dat de TU Eindhoven meedoet aan de competitie, en we dus een compleet nieuwe auto van de grond af op moeten bouwen, is dit een groot voordeel voor ons.” Hoewel het allemaal de eerste keer is voor Gerth en zijn teamgenoten, zijn de verwachtingen in de groep hooggespannen. “Wij gaan ervan uit dat onze auto bij de Eco-Marathon minimaal 60 kilometer per kWh gaat rijden. Dit is omgerekend zo’n 600 kilometer per liter Euro 95. Mochten wij dit halen dan betekent dit dat onze auto zeer goedkoop wordt in gebruik: 15 eurocent per 100 kilometer.”

Keuring
Alsof een dergelijke doelstelling nog niet zwaar genoeg is, hebben de studenten van de TU Eindhoven zich nog een ambitieus doel gesteld. Ze willen proberen om hun voertuig RDW gekeurd te krijgen. In andere woorden: ze willen ervoor zorgen dat hun voertuig straks op de openbare weg mag rijden. “Wij proberen het voertuig door de RDW-regels te krijgen als brommobiel (categorie L6E). Omdat het voertuig tijdens de Eco-marathon zelf niet harder dan dertig kilometer per uur mag rijden, is dit de meest geschikte categorie.” De RDW ziet de studenten als een voertuigenfabrikant die een individuele keuring voor een nieuw voertuig aanvraagt. “Omdat er maar één van gemaakt wordt, zijn de regels al iets versoepeld. Dit betekent bijvoorbeeld dat we er niet eerst meerdere moeten bouwen om deze aan crashtests te onderwerpen.” Toch zal het zeker nog niet meevallen om door de keuring te komen, zo realiseert Gerth zich. “De regels van de RDW beslaan zo’n vijftig pagina’s. Hierin staan bijvoorbeeld de eisen die worden gesteld aan het remsysteem, de verlichting etc. Daarnaast zal het voertuig worden getest op het RDW testcircuit om het dynamische gedrag te controleren.”

Duurzaam

Ondanks de vele hindernissen zijn de studenten vastbesloten om de keuring te doorstaan. “De Eco-marathon gaat over duurzaamheid en efficiëntie. Naar ons idee is onderdeel van duurzaamheid ook dat een voertuig langer mee kan gaan dan alleen de competitie. Door de RDW goedkeuring kan de auto zijn functie behouden en na de Eco-marathon nog steeds gebruikt worden.”

Worsteling
De ambitie om RDW gekeurd te worden, betekent dat de studenten van TU Ecomotive in vergelijking met hun concurrenten die hun auto enkel op het parcours van de Eco-marathon willen laten rijden, met nog heel wat extra criteria rekening moeten houden. “We worstelen vooral met de details van het voertuig,” vertelt Gerth. “Een voorbeeld hiervan is de verlichting, deze moet op een bepaalde plek op het voertuig zitten en een Europees keurmerk hebben. Een ander voorbeeld is de voorruit-ontwaseming. Deze moet aanwezig zijn in een voertuig met gesloten carosserie, maar zal een hoop energie kosten om aan te zetten.”

Het begint allemaal met schetsen... Afbeelding: via Tuecomotive.nl.
Het begint allemaal met schetsen… Afbeelding: via Tuecomotive.nl.

Inspiratie
Uiteindelijk hopen de studenten – of ze nu door de RDW-keuring komen of niet – autofabrikanten te kunnen inspireren. Want hoewel het aantal milieuzuinigere auto’s rap toeneemt, is er nog genoeg ruimte voor verbetering, vindt Gerth. “Zelf maken wij graag de vergelijking met de Renault Twizy. Dit is natuurlijk een heel hip voertuig en in bepaalde niches zeer interessant. Wat wij alleen missen bij deze auto is energiezuinigheid. Als je goed naar de auto kijkt zie je dat er niet maximaal rekening gehouden is met verbruik. Zo is hij aerodynamisch niet heel sterk (open ramen en onbedekte voorwielen) en naar onze mening ook heel zwaar. Onze auto moet meer dan drie keer zuiniger worden dan de Twizy en hiermee willen we laten zien dat het dus nog veel efficiënter kan.” Maar niet alleen efficiënter. Ook goedkoper. “We willen niet alleen een auto bouwen die de weg op kan, maar ook tegen reële kosten. Dit jaar is de kans niet heel groot dat dit allemaal in een keer gaat lukken maar dit is wel het doel van het team. Uiteindelijk moet er een prototype ontstaan dat voor minder dan 10.000 euro op de markt zou moeten komen.”

Verschillende klasses

De Shell Eco-marathon kent verschillende klasses. Zo is er de klasse Prototypes waaraan zeer futuristische voertuigen deelnemen die vaak verbluffende cijfers neerzetten (vorig jaar reed een team nog 1 op 2832). Ook is er de klasse Urban Concept waaraan voertuigen deelnemen die qua uiterlijk sterk op de huidige auto’s lijken. In deze laatsgenoemde categorie viel het Nederlandse team Green Team Twente vorig jaar nog in de prijzen door 75 km/kWH te rijden (omgerekend 727,5 kilometer per liter).

Toekomstmuziek
De ambitie klinkt overduidelijk in Gerths woorden door. Maar het lijkt een gezonde ambitie. Want duurzaam rijden heeft de toekomst. “Wij denken dat voertuigen zoals de onze een rol gaan spelen in stads- en intern bedrijfsverkeer. Op grote industrieterreinen kunnen elektrische voertuigen al een grote rol spelen en dit zal alleen maar toenemen naarmate de efficiëntie en actieradius groeit.” Er is dus werk aan de winkel. “Er zal een oplossing moeten komen voor het zogenaamde range-vraagstuk: ‘kom ik wel ver genoeg met mijn elektrische auto?’. Wat ons betreft zijn er twee oplossingen voor dat vraagstuk: via inductieladingsystemen in het wegennet of met brandstof als range-extender. Zodra voor één van deze mogelijkheden een infrastructuur is opgebouwd, hoef je geen rekening meer te houden met urenlange laadtijden en is de grootste reden om niet elektrisch te rijden gelijk weggenomen.” Daarnaast is het belangrijk om kritisch te blijven: is groen wel echt groen? “Je kan tank-to-wheel nog zo zuinig en emissieloos zijn, maar het wordt steeds belangrijker om op een duurzame, betaalbare manier energie op te wekken.”

Teams als dat van Gerth zullen tijdens de Eco-marathon – die tussen 15 en 19 mei plaatsvindt – het uiterste uit hun voertuigen en zichzelf proberen te halen. Veel kilometers maken, weinig energie verbruiken en hopelijk met hun futuristische voertuigen uiteindelijk een inspirerende bijdrage leveren aan een groenere wereld.

Bronmateriaal

Interview met Tim Gerth
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door xx (cc via Flickr.com).

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd