Voorouder van alle placentadieren opgespoord en gereconstrueerd

voorouder

Wetenschappers hebben een reconstructie gemaakt van de oudste voorouder die alle placentadieren (waaronder dus wij mensen) delen. Het was mogelijk een klein, insecten etend beestje met een lange, zeer harige staart. Met het onderzoek geven wetenschappers mensen eindelijk een plekje op de stamboom van het leven.

Dat schrijven onderzoekers van de universiteit van Yale en het American Museum of Natural History in het blad Science. Het onderzoek levert niet alleen een reconstructie van de voorouder van alle placentadieren op, maar laat tevens zien dat placentadieren zich pas heel laat in de geschiedenis onderverdeelden in de verschillende lijnen die we vandaag de dag kennen.

Knaagdieren en dino’s
Het onderzoek wijst er namelijk op dat die diversificatie pas nadat de dinosaurussen waren uitgestorven, plaatsvond. “Een analyse van deze enorme hoeveelheid gegevens laat zien dat placentadieren niet tijdens het Mesozoïcum ontstonden,” vertelt onderzoeker Maureen O’Leary. “Soorten zoals knaagdieren en primaten deelden de aarde niet met dinosaurussen die niet konden vliegen, maar ontstonden na de ondergang van de dinosaurussen uit een gezamenlijke voorouder: een klein, insecten etend dier.”

Veel later
De voorouder van alle placentadieren zou pas 200.000 tot 400.000 jaar na het uitsterven van de dinosaurussen zijn ontstaan. “Dat is zo’n 36 miljoen jaar later dan we puur op basis van genetische informatie voorspelden,” stelt onderzoeker Marcelo Weksler.

De eerste kenmerken

Nu de wetenschappers een reconstructie hebben gemaakt van hoe de voorouder van alle placentadieren er mogelijk uitzag, weten we ook welke eigenschappen placentadieren als eerste ontwikkelden. De voorouder blijkt onder meer een ingewikkelde hersenschors gehad te hebben. Ook beschikte deze over een placenta die het bloed van de moeder in nauw contact met de membranen die de foetus omringden, bracht.

Gondwana
Maar het onderzoek gooit meer aannames overhoop. Zo dachten sommige onderzoekers dat de diversiteit onder placentadieren ingegeven werd door het opbreken van supercontinent Gondwana. Maar dat is onmogelijk: Gondwana viel miljoenen jaren voor de dinosaurussen uitstierven al uiteen. “De nieuwe stamboom wijst erop dat de fragmentatie van Gondwana ver voor de oorsprong van placentadieren optrad en er dus geen verband mee houdt,” legt onderzoeker John Wible uit.

Zo heeft de hypothetische voorouder er waarschijnlijk uitgezien. Afbeelding: Carl Buell.
Zo heeft de hypothetische voorouder er waarschijnlijk uitgezien. Afbeelding: Carl Buell.
Aanpak
De onderzoekers trekken die conclusies nadat ze de genen en fysieke kenmerken van de meest uiteenlopende placentadieren (waaronder een aantal die we alleen van fossiele resten kennen) analyseerden. Fysieke kenmerken waar de onderzoekers bijvoorbeeld naar keken, waren: de aan- of afwezigheid van vleugels, de vacht en de structuur van de hersenen. De keuze om naast het DNA ook naar het uiterlijk van de dieren te kijken, was een hele bewuste, zo legt onderzoeker Michael Novacek uit. Het is soms niet mogelijk om DNA uit fossiele resten te halen, maar uiterlijke kenmerken kunnen onderzoekers er nog wel uit afleiden. “En we willen geen stamboom bouwen zonder gebruik te maken van het directe bewijs dat deze fossielen kunnen leveren.” “Het ontdekken van de stamboom van het leven is net zoiets als het bij elkaar puzzelen van het verhaal van een plaats delict: het is een verhaal dat in het verleden plaatsvond en dat je niet kunt herhalen,” voegt onderzoeker Maureen O’Leary toe. “Op een plaats delict voegt DNA belangrijke informatie toe, net als andere fysieke aanwijzingen zoals een lichaam of in het geval van de wetenschap: een fossiel. Het combineren van al dat bewijs levert de best onderbouwde reconstructie van een gebeurtenis in het verleden op.”

Het onderzoek is belangrijk, zo benadrukt onderzoeker Nancy Simmons. “Er zijn meer dan 5100 levende soorten placentadieren en de diversiteit onder deze dieren is enorm: ze verschillen in grootte, wijze van voortbeweging en omvang van het brein. Met het oog op die diversiteit is het heel belangrijk om te weten wanneer en hoe deze tak voor het eerst evolueerde en steeds diverser werd.” Onderzoeker Mary Silcox onderschrijft dat. “Wij hebben mensen in de stamboom van het leven gezet.” “Het geeft ons een nieuw beeld van hoe grote veranderingen – zoals het uitsterven van de dinosaurussen – de geschiedenis van het leven kunnen beïnvloeden: het uitsterven van de dinosaurussen was een groots gebeuren in de geschiedenis van de aarde en legde mogelijk de fundering voor de diversificatie van zoogdieren, waaronder onze eigen, verre voorouders,” stelt onderzoeker Jonathan Bloch.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd