ADHD: het zit deels in de genen

Wetenschappers hebben voor het eerst met zekerheid kunnen vaststellen dat ADHD een genetische link heeft. Ze vergeleken de genen van kinderen met en zonder ADHD en ontdekten dat zo’n vijftien procent van de kinderen met ADHD grote en zeldzame afwijkingen in de genen heeft. In de gezonde groep had slechts zeven procent die afwijkingen.

“We hebben ontdekt dat kinderen met ADHD in vergelijking met de controlegroep veel meer stukjes DNA missen of dupliceren,” vertelt onderzoeker Anita Thapar. “Dat is heel spannend, want het is de eerste genetische link naar ADHD.”

Ouders
De resultaten zijn sterk in strijd met het beeld dat veel buitenstaanders van ADHD hebben. “Sommige mensen zeggen dat het geen echte aandoening is of dat het het resultaat van slecht ouderschap is.” Dat is dus niet zo. Volgens de onderzoekers is ADHD een echte aandoening en zijn de ouders niet de reden dat een kind ADHD ontwikkelt.

Optimisme
Hoewel er niet één gen is dat ADHD veroorzaakt en de studie zich nog in een vroeg stadium bevindt, zijn de onderzoekers optimistisch. Ze hopen de biologische fundering van ADHD te ontdekken en zo nieuwe behandelingen te kunnen ontwikkelen.

De wetenschap reageert met gemengde gevoelens. Sommige onderzoekers wijzen erop dat de vijftien procent niet doorslaggevend is. Zeker ook omdat nog eens zeven procent van de gezonde kinderen de afwijking ook heeft. Er zouden dan ook meerdere factoren aan het ontstaan van de aandoening bijdragen. Welke dat zijn, moet uit nader onderzoek blijken.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd