ALMA ziet restanten van stellaire botsing

Astronomen hebben de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array gebruikt om een foto te maken van een explosieve gebeurtenis in de Orionnevel. 500 jaar geleden botsten daar twee piepjonge sterren op elkaar.

De sterren ontstonden 100.000 jaar geleden in de Orion Molecular Cloud 1, een stervormingsgebied in de bekende Orionnevel op zo’n 1.500 lichtjaar van de aarde. De sterren kwamen te dicht bij elkaar in de buurt, waarna twee sterren zo’n 500 jaar geleden elkaar raakten. Het is niet bekend of de sterren elkaar schampten of dat ze frontaal op elkaar botsten, maar er ontstond in ieder geval een krachtige explosie. Nabije protosterren werden weggeslingerd en er ontstonden honderden stromen van gas en stof. Deze gasstromen reizen met een snelheid van meer dan 150 kilometer per seconde bij de plek des onheils vandaan.

Bij de ontploffing van de twee sterren kwam enorm veel energie vrij. In vergelijking: onze zon doet er tien miljoen jaar over om net zoveel energie uit te stoten.

“Mensen associëren stellaire explosies met oude sterren, maar ook aan de andere kant van het spectrum kunnen explosies ontstaan”, zegt onderzoeker John Bally van de universiteit van Colorado. Hij is mede-auteur van het paper.

Misschien komen ontploffingen van protosterren vaker voor dan we nu denken. Jonge sterren ontstaan immers in een compact, klein gebied. “Door hun moederwolk te vernietigen, helpen deze protosterren om de stervorming in deze grote moleculaire wolken in goede banen te begeleiden”, vervolgt Bally.

Dankzij ALMA kunnen we de gasstromen op de foto goed zien. ALMA is het grootste astronomische project op aarde. De Atacama Large Millimeter/submillimeter Array bestaat uit 66 antenneschotels en is ontwikkeld om het licht van de koudste objecten in het heelal te bestuderen. Dit licht heeft een golflengte van ongeveer een millimeter en bevindt zich daarmee tussen infrarood licht en radiogolven.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd