Als planetoïde op aarde inslaat, moeten we vooral de schokgolf vrezen

Nieuw onderzoek onthult welk aspect van een planetoïde-inslag in bijna alle scenario’s het meest dodelijk is.

En het antwoord is wellicht enigszins verrassend. Want niet de inslag zelf, maar de enorme schokgolf die ontstaat terwijl de planetoïde zich door onze atmosfeer haast, moeten we het meest vrezen. Dat is te lezen in dit nieuwe paper.

Doemscenario’s
De onderzoekers simuleerden verschillende doemscenario’s. Zo gingen ze na wat er gebeurde als een planetoïde in de atmosfeer explodeert, op het land klapt of in de oceaan landt. En in veel van deze gevallen eist de schokgolf die ontstaat wanneer de planetoïde de atmosfeer binnendringt de meeste slachtoffers.

Een planetoïde dringt de atmosfeer binnen. En dan? De planetoïde kan in de atmosfeer ontploffen, op aarde landen of in het water landen. En elk scenario heeft weer andere gevolgen. Afbeeldingen: paper.

Rio de Janeiro
Neem bijvoorbeeld het scenario hieronder. Een planetoïde van 200 meter groot slaat met een snelheid van 20 kilometer per seconde voor de kust van Rio de Janeiro in. De planetoïde heeft een dichtheid van 3100 kilogram per kubieke meter. Wanneer de planetoïde 10 kilometer uit de kust inslaat eisen krachtige winden – die ontstaan door de schokgolf – de meeste slachtoffers (59 procent van de doden). Pas als de planetoïde op 125 kilometer afstand van de kust inslaat – waar het water veel dieper is – is de daaropvolgende tsunami verantwoordelijk voor meer doden dan de schokgolf.

Deze tabel brengt de gevolgen van een inslag nabij Rio de Janeiro in beeld. Je ziet de gevolgen voor een inslag op 0, 10, 40, 100, 120, 125, 130, 150 en 300 kilometer afstand van de kust. Afbeelding: paper.

Berlijn en Londen
Bij een inslag op het land eist de schokgolf zowel als de planetoïde in de lucht ontploft als heelhuids op de aarde klapt de meeste slachtoffers. Die conclusies trekken de onderzoekers nadat ze een inslag op Berlijn en Londen simuleerden. Tijdens deze simulaties gingen ze uit van een 50 meter grote planetoïde die in de lucht ontploft en een 200 meter grote planetoïde die op de aarde klapt. De planetoïde heeft weer een snelheid van 20 kilometer per seconde en een dichtheid van 3100 kilogram per kubieke meter. Als een planetoïde van 50 meter groot boven Berlijn ontploft, resulteert dat in 1,18 miljoen doden. Zo’n 85,5 procent van deze mensen komen door de wind om het leven. Wanneer een planetoïde van 200 meter groot in Berlijn inslaat, vallen naar schatting 3,5 miljoen slachtoffers. 48,6 procent van de slachtoffers komt om het leven door de wind. Als een planetoïde op aarde inslaat, eist die inslag an sich slechts 3 procent van de 3,5 miljoen (Berlijn) en 8,7 miljoen (Londen) slachtoffers.

De effecten van een inslag in Berlijn en Londen. Afbeelding: paper.

Schadelijke schokgolf
“Aerothermische effecten (wind, druk en warmtestraling) waren het schadelijkst, terwijl effecten op de grond (aardbevingen, de krater en ejecta) voor slechts 3 procent van de slachtoffers verantwoordelijk is als een object van 200 meter op aarde inslaat,” zo schrijven de onderzoekers. “Hoewel druk en wind doorgaans hand in hand gaan, is de wijze waarop ze schade toebrengen anders (druk veroorzaakt beschadigingen aan de interne organen, terwijl wind externe beschadigingen veroorzaakt).” Een drukgolf is bovendien niet zo snel dodelijk als wind. Dat verklaart waarom er geen slachtoffers vallen door een drukgolf als een planetoïde in de lucht explodeert, maar wel als een planetoïde op aarde inslaat.

Moet je vannacht dan wakker liggen van de schokgolf van een planetoïde? Zeker niet. De onderzoekers wijzen erop dat het naar schatting slechts één keer in de 40.000 jaar voorkomt dat een planetoïde van 200 meter groot op aarde inslaat. Een kleinere planetoïde (van zo’n 50 meter groot) zou elke 850 jaar op aarde inslaan. Dit nieuwe onderzoek kan wellicht helpen om ons beter voor te bereiden op zo’n inslag. Overigens hopen onderzoekers dat het zover niet zal komen: steeds meer telescopen speuren de hemel af op zoek naar gevaarlijke planetoïden. Als we ze tijdig opmerken, kunnen we ze wellicht nog van koers doen veranderen.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd