Crowdfunding voor de wetenschap: is dat de toekomst?

Werkelijk weten waar wetenschappers NU met bezig zijn en daar vervolgens zo enthousiast van raken dat u ze ook direct een zakcentje voor nader onderzoek toeschuift. Een gloednieuw Nederlands initiatief maakt het mogelijk. Een leuk idee of bittere noodzaak?

Wetenschappers: velen zetten ze toch een beetje op één lijn met politici. Mensen die leven in ivoren torentjes waarin heel veel gebeurt, maar waar u eigenlijk nooit iets van hoort. En als u iets hoort, is de teerling al geworpen. Het besluit is genomen. De ontdekking is gedaan, zo melden kranten met een eenkolommertje op pagina 26. Zelden horen we waar wetenschappers NU aan werken, wat ze NU bezighoudt. Terwijl juist dat proces zo razend interessant kan zijn, zo vindt ook David van Hartskamp. Hij is geen wetenschapper, maar mag zich wel wetenschappelijk geïnteresseerd noemen. En als wetenschappelijk geïnteresseerde liep hij voortdurend tegen een ontbrekend puzzelstukje aan. “Online is er eigenlijk geen enkele plek waar wetenschappers over het werk waar ze nu mee bezig zijn, vertellen.”

Promoten en doneren
Van Hartskamp wilde daar graag verandering in brengen en dacht aan een site waar wetenschappers het publiek informeren over hun werk. Maar toen hij eens bij wetenschappers ging polsen, bleken zij niet onverdeeld enthousiast te zijn. “Wetenschappers vonden het leuk, maar gaven direct aan er weinig tijd voor te hebben. Zo waren ze bijvoorbeeld altijd al veel tijd kwijt aan fondsenwerving en een vraag die ze dan stelden was: wat levert het me op als ik over mijn werk schrijf?” Een reden voor Van Hartskamp en zijn compagnon Klaas Jan Bolt om de plannen wat aan te passen. Een site waar mensen kunnen lezen waar onderzoekers mee bezig zijn en dat onderzoek ook direct kunnen ondersteunen door geld te doneren. “Want als onderzoekers uitleg geven over hun werk, dan is het publiek waarschijnlijk ook sneller geneigd om geld te geven.”

Leuke extra’s

Mensen die besluiten om geld te doneren, mogen natuurlijk zelf bepalen hoeveel ze voor een bepaald onderzoek opzij willen leggen. Wel is er een minimum inleg: 10 euro. Wie geld doneert, krijgt daar leuke extra’s voor terug. Wie 10 euro of meer overmaakt, krijgt exclusieve updates over het werk van de onderzoekers. Wie 500 euro weggeeft, mag bij één project bijvoorbeeld een bezoekje brengen aan het laboratorium. En wie 5000 euro doneert, weet zeker dat zijn of haar naam straks in het wetenschappelijk paper pronkt.

Doelen
Het resultaat is Flintwave.com. De eerste crowdfundingsite voor wetenschappers in Nederland. Op dit moment presenteren zich op de site drie wetenschappers en hun werk. Ze vertellen waarom ze doen wat ze doen en komen regelmatig met updates om het publiek op de hoogte te houden. En op het forum kunnen bezoekers een berichtje achterlaten voor de onderzoekers of ze een vraag stellen. De doelen van de onderzoekers lopen uiteen. Twee hopen 40.000 euro op te halen voor onderzoek naar het printen van oren en een speurtocht naar de oorzaken van een genetische hartziekte, de derde gaat uiteindelijk voor 50.000 euro en wil dat geld gebruiken om onderzoek te doen naar een alternatief voor het doneren van botten. Of die enorme bedragen ook echt bij het publiek losgepeuterd gaan worden, is nog afwachten. Maar zelfs als dat niet lukt, is de missie van de onderzoekers zeker niet mislukt. “We hebben ook subgoals,” vertelt Hartskamp. Zo’n eerste subgoal is bijvoorbeeld acht- of tienduizend euro ophalen. “Met dat geld kan het onderzoek al starten. Zo kunnen er bijvoorbeeld pilot-gegevens verzameld gaan worden. En met die gegevens kan een onderzoeker weer aankloppen bij een fonds als NWO (Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, red.) voor extra geld.” Hij wijst erop dat het bij het aanvragen van een subsidie bij zo’n grote instantie van waarde kan zijn als een wetenschapper kan laten zien dat het publiek interesse heeft in een project en zelfs bereid is om het mee te helpen financieren. “Met het geld van Flintwave.com gaan wetenschappers aan hun verhaal bouwen.”

Hard werken
Dat gaat natuurlijk allemaal niet vanzelf. De onderzoekers moeten hard voor hun centjes werken. “Ze moeten echt campagne gaan voeren en er vol enthousiasme voor gaan.” Crowdfunding is dan ook niet voor elke wetenschapper weggelegd. Een onderzoeker moet er echt voor willen en kunnen gaan en het publiek ook duidelijk kunnen uitleggen wat hij of zij nu precies doet. “Dat is voor veel wetenschappers een uitdaging.”

Ambitie

Van Hartskamp heeft als het om Flintwave.com gaat ambitie genoeg. “Ik zou graag internationaal gaan. En we denken na over andere manieren om wetenschappers aan geld te helpen. Zo zou het geweldig zijn als mensen straks aandelen kunnen kopen in een spin-off die uit wetenschappelijk onderzoek voortkomt.

Crisis
Een wetenschapper die daar alles van weet, is Folkert Asselbergs. Hij is één van de wetenschappers die via Flintwave.com aan geld probeert te komen voor zijn onderzoek naar de oorzaken van een erfelijke hartspierziekte. “We hebben de centjes heel hard nodig, want de crisis is overal, ook in de wetenschap,” vertelt hij aan Scientias.nl. Subsidies voor wetenschap worden niet meer zo gemakkelijk verstrekt. En wie al kans wil maken op een subsidie, moet met pilot data komen. “Je moet aantonen dat je onderzoek haalbaar is, dat je het kan. Eigenlijk is het een vicieuze cirkel: instanties willen alleen geld geven als ze van tevoren (op basis van pilot data, red.) al weten dat het onderzoek een succes wordt.” Maar het verzamelen van pilot data kost geld. “En daarom hebben we donaties nodig om onderzoek te starten.” Die gang van zaken is soms best frustrerend, erkent Asselbergs. “Ik wil onderzoek doen naar een erfelijke hartspierziekte. Zodra deze ziekte is vastgesteld, sterft ongeveer vijftig procent van de patiënten binnen vijf jaar. Het is een groot probleem en wij kunnen niks doen vanwege geldgebrek.” Crowdfunding kan in zo’n situatie het verschil maken. Het zal waarschijnlijk nooit de miljoenen opleveren die uiteindelijk voor het onderzoek nodig zijn. Maar het kan wel genoeg geld opleveren voor het verzamelen van gegevens die nodig zijn om kans te maken op een subsidie.

Klaar?
Mits Nederland natuurlijk klaar is voor crowdfunding voor de wetenschap. “Nederland is er helemaal klaar voor,” merkt Asselbergs overtuigd op. “Je ziet op dit moment een trend ontstaan: mensen willen sturen en invloed uitoefenen. Je ziet dat bijvoorbeeld heel mooi in programma’s als The Voice of Holland (waarin het publiek door te stemmen kan bepalen welke kandidaat doorgaat naar de volgende ronde, red.), maar ook in ontwikkelingssamenwerking: mensen geven niet zomaar geld, ze willen echt weten welke waterpomp in welk dorp met hun geld betaald is. Ze willen zelf bepalen waar hun geld heengaat en vervolgens ook invloed uitoefenen op hoe dat geld benut wordt. Die interactie (tussen donateur en ontvanger, red.) wordt in de toekomst steeds belangrijker.” En een site als Flintwave.com biedt alle ruimte voor die interactie en sturing: mensen bepalen zelf waar hun geld naartoe gaat en kunnen vervolgens op de voet volgen wat er met hun geld is gebeurd en de onderzoekers vragen stellen over hun werk. “De ivoren toren waar wetenschappers lang in zaten is al een eind naar beneden gehaald, maar deze moet nog verder naar beneden komen.”

Onderzoek kost geld. En dat is schaars, tenminste: in Nederland. Veel andere landen – waaronder bijvoorbeeld China – investeren volop in de wetenschap, waardoor Nederland snel ver achter kan komen te liggen. Foto: International Maize and Wheat Improvement Center (cc via Flickr.com).

Het klinkt heel mooi: het publiek betaalt en bepaalt. Maar schuilt er ook geen gevaar in? Weet het publiek wel welke onderzoeken echt nodig zijn of zal het haar keus vooral laten vallen op populaire wetenschappelijke vraagstukken die leuk, maar misschien niet zo noodzakelijk zijn? Asselbergs denkt dat het zo’n vaart niet lopen zal. Hij benadrukt dat subsidies altijd zullen blijven. “Basaal onderzoek (bijvoorbeeld naar grote gevaren voor de volksgezondheid, red.) zal altijd uit de algemene pot betaald worden.” Maar als het om onderzoeken gaat die wat minder basaal zijn, zal het publiek een grotere inbreng krijgen. “Mensen beslissen dan wat relevant is.” Die beslissing maken ze op basis van informatie die onderzoekers ze voorschotelen. “Je moet het dus wel goed uit kunnen leggen.” In die zin verandert de taak van de wetenschapper ook een beetje, zo ondervindt Asselbergs nu aan den lijve. “Ik ben volop digitaal campagne aan het voeren, ik neem contact op met kranten, radiostations, tijdschriften en denk na over andere mogelijkheden om aan geld te komen.” En hoewel Asselbergs heilig in crowdfunding en de noodzaak ervan gelooft, stemt zijn nieuwe takenpakket hem toch wat treurig. “In een optimale wereld moeten jongens zoals ik gewoon 24 uur per dag, zeven dagen per week wetenschap kunnen doen. Marketing is eigenlijk zonde van mijn tijd en geld.” Maar Nederland is niet zo’n optimale wereld. De centjes zijn schaars en die schaarsheid zit echte innovatie in de weg. En daar baalt Asselbergs van. “In Nederland zijn we altijd heel goed geweest in wetenschap. Maar als het zo doorgaat, zijn we dat over tien jaar niet meer. En dat terwijl wetenschap zo belangrijk is: het bepaalt hoe je er als samenleving over tien jaar voorstaat.” In die zin is Flintwave.com dan ook niet zomaar een leuk en mooi initiatief. Het kan in de toekomst wel eens bittere noodzaak blijken.

Nieuwsgierig naar Flintwave of het onderzoek van Folkert Asselbergs? Neem dan snel eens een kijkje op de site en bekijk ook het filmpje waarin Asselbergs zijn onderzoek uit de doeken doet!

Bronmateriaal

Interview met David van Hartskamp en Folkert Asselbergs.
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door Images Money (cc via Flickr.com).

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd