Dierenrijk telt flink wat apothekers: van de fruitvlieg tot de chimpansee

chimpansee

Wanneer wij ons niet zo goed voelen, gaan we naar de apotheek en halen er – eventueel met recept – een middeltje dat onze kwaaltjes snel zal verhelpen. En we zijn niet de enigen. De laatste tijd blijkt uit onderzoek dat ook heel veel dieren de apotheek weten te vinden.

Deze dieren gaan niet naar de apotheek die wij bezoeken en vragen ook niet aan een apotheker wat ze nu het beste slikken of smeren kunnen. Nee: zij doen het allemaal zelf. Ze zoeken in de natuur eigenhandig onder meer planten op die hun leed kunnen verzachten.

Chimpansees
Neem bijvoorbeeld de chimpansee. Wanneer chimpansees last hebben van parasieten, dan eten ze de bladeren van bepaalde planten. Ze kauwen deze niet kapot, maar slikken ze heel door. De parasieten verlaten daarop het lichaam. En dat zijn niet de enige medicijnen die de chimpansees zichzelf voorschrijven. Een ander onderzoek toonde aan dat de chimpansees ook planten eten die een antibacteriële werking hebben of tumoren tegengaan. En ze slikken pitten die malaria bestrijden. De voedingswaarde van deze planten en pitten is zeer laag. De apen lijken ze dan ook zeker niet als voedsel, maar puur vanwege hun geneeskrachtige werking te nuttigen.

De monarchvlinder in volle glorie. Foto: Kenneth Dwain Harrelson (via Wikimedia Commons).
De monarchvlinder in volle glorie. Foto: Kenneth Dwain Harrelson (via Wikimedia Commons).

Monarchvlinders
Maar niet alleen apen weten precies wat ze moeten doen als ze zich wat minder voelen. Ook vlinders hoeven we wat dat betreft niets te vertellen. Zij schrijven niet zozeer zichzelf, maar hun jongen medicijnen voor. Monarchvlinders leggen hun eitjes soms op planten die giftig zijn. De rupsen die uit de eitjes komen kruipen, hebben geen last van het gif, maar worden door het eten van de plant zelf wel giftig en blijven dat zelfs als ze volwassen zijn. Roofdieren en parasieten zullen zich dan ook niet zo snel aan deze rupsen vergrijpen. Recent onderzoek toonde aan dat monarchvlinders die geïnfecteerd zijn met de parasiet Ophryocystis elektroscirrha hun eitjes veel vaker op giftige planten achterlaten. Een slimme zet: monarchvlinders die met deze parasiet besmet zijn, dragen deze infectie over aan hun jongen. Door de jongen op een giftige plant te zetten, geven de moeders hun jongen een aanzienlijk grotere overlevingskans. Monarchvlinders die de parasiet niet onder de leden hebben, blijken hun eitjes niet vaker op veel giftigere planten achter te laten. “Deze resultaten laten zien dat organismen in staat zijn om beslissingen te nemen over wat ze eten, maar ook over wat hun nageslacht eet en dat die beslissing gebaseerd is op het geneeskrachtige gehalte (van het voedsel, red.),” zo concludeerden onderzoekers die het opmerkelijke gedrag van de vlinders bestudeerden.

Criteria

Wetenschappers lijken in hun studie wel heel gemakkelijk conclusies te trekken over dieren die zichzelf medicijnen voorschrijven. Want hoe weten we nu dat een aap die een bepaalde plant eet deze eet om er (letterlijk!) beter van te worden? Er is pas sprake van zelf-medicatie als aan een aantal criteria wordt voldaan. Een aantal voorbeelden van deze criteria. Onderzoekers moeten er getuige van zijn dat dieren een plant of substantie eten die normaal gesproken niet in hun dieet zit. Ook moet er bewijs zijn dat die plant de aandoening waar het dier aan lijdt, kan verlichten en onderzoekers moeten er getuige van zijn dat het dier door het eten van een plant of substantie ook echt beter wordt.

De fruitvlieg
Ook fruitvliegen schrijven hun jongen medicijnen voor. Alleen doen zij dat meer preventief. Wanneer fruitvliegen weten dat de parasitaire sluipwesp in de buurt is, leggen ze hun eitjes in alcohol. De larven die uit die eitjes komen kruipen, worden gedwongen om die alcohol te nuttigen. De larven zijn prima tegen die alcohol bestand, maar eventuele parasieten die zich in het lichaam van de larven begeven, niet. Zo worden de overlevingskansen van de fruitvlieglarve aanzienlijk groter.

Honingbij
Ook de honingbij gebruikt de geneeskrachtige werking die bepaalde stoffen in de natuur te bieden hebben, heel handig. Enkele jaren geleden bleek uit onderzoek dat de bijen uit onder meer hars een soort lijmachtige substantie maken die ze over hun bijenkorf verspreiden. Deze substantie – propolis genoemd – bleek eerder al heel goed te zijn voor mensen: zo bestrijdt deze microben. Maar wat kan het goedje voor de bijen zelf betekenen? Ook zij verkleinen door hun bijenkorf met deze antibacteriële stof in te smeren de kans op ziektes, zo blijkt. Dat betekent dat de bijen in de kolonie geen supersterk immuunsysteem nodig hebben om op de been te blijven: ze weren bacteriën simpelweg voordat deze een probleem gaan vormen voor het immuunsysteem al af.

De honingbij. Foto: Thompson Rivers University (cc via Flickr.com).
De honingbij. Foto: Thompson Rivers University (cc via Flickr.com).

Sigarettenpeuken
U ziet: de meeste dieren en insecten halen hun ‘medicijnen’ in de natuur. Maar er zijn ook dieren die gezondheidsproblemen op een wat minder natuurlijke manier te lijf gaan. Zo wijst een recent onderzoek erop dat onder meer huismussen parasieten bestrijden door hun nesten te bekleden met sigarettenpeuken. In de peuken zitten tabaksbladeren die weer chemische stofjes bevatten die bepaalde geleedpotigen – waaronder parasitaire mijten – afschrikken. Nesten waarin meer celluloseacetaat (een stofje in sigarettenfilters) verwerkt zat, bleken aanzienlijk minder parasieten te bevatten. Of de vogels de sigaretten echt bewust voor dat doeleinde gebruiken, is overigens onduidelijk. Wellicht gebruiken de vogels de sigaretten vooral omdat ze zo goed isoleren en is de anti-parasitaire bijwerking gewoon een prettige bijkomstigheid.

Klei
Ook bonobo’s nemen net als fruitvliegjes soms preventieve maatregelen als het om hun gezondheid gaat. Wanneer ze onrijpe vruchten eten, worden ze blootgesteld aan stofjes die slecht voor ze zijn. Ze neutraliseren die direct door een oranjekleurige klei te eten.

Wetenschappers ontdekken steeds meer dieren die zichzelf medicijnen voorschrijven. In lang niet alle gevallen doen de dieren dat bewust. Soms leren ze het van hun ouders. Andere keren is het eerder aangeboren: het resultaat van natuurlijke selectie. Wetenschappers observeren dieren die zichzelf medicijnen voorschrijven, maar wat graag. “We kunnen veel leren over het behandelen van parasieten en ziektes door naar andere dieren te kijken,” stelt onderzoeker Mark Hunter. Want wat voor sommige dieren werkt, werkt wellicht ook voor ons.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd