Het dragen van klompen leidde in de 19e eeuw mogelijk tot botafwijkingen

Au!

Nederlandse boeren in de 19e eeuw hadden waarschijnlijk vaak last van hun voeten. Zo troffen archeologen botafwijkingen aan in 500 skeletten die begraven lagen op een kerkhof in Middenbeemster. De onderzoekers denken dat de afwijkingen mogelijk veroorzaakt zijn door het dragen van klompen. Dat schrijven ze in hun paper.

Identificatie

Naast het onderzoek, lukte het de Leidenaren ook om zo’n 200 naamloze skeletten te identificeren. Hiervoor maakten ze niet alleen gebruik van onderzoek op de skeletten, maar ook van archiefmateriaal zoals begraafboeken en belastingpapieren.

Kraakbeen
De Leidse masterstudente Irene Vikatou ontdekte dat de skeletten opvallend vaak Osteochondritis dissecans vertonen, een aandoening waarbij een fragment kraakbeen samen met het eronder gelegen bot loslaat van het gewrichtsoppervlak. Over het algemeen krijgt minder dan 1 procent van de mensen de aandoening. Maar in Middenbeemster troffen de onderzoekers de kwaal bij maar liefst 13 procent aan. Bovendien zat het in alle gevallen op de voeten.

Kraters
De aandoening in de voeten van de skeletten was voor de onderzoekers niet te missen. “Het ziet eruit alsof er kraters in het bot zitten, alsof er net fragmenten vanaf zijn gesprongen,” legt onderzoeker Andrea Waters-Rist uit. “We hadden geen microscoop nodig om ze te ontdekken, zo duidelijk zichtbaar waren ze.”

Klompen
De vraag rijst natuurlijk hoe deze aandoening bij zoveel mensen is kunnen ontstaan. En het bruggetje naar het dragen van klompen is al snel gemaakt. Het harde, onbuigzame schoeisel, gecombineerd met het inspannende lichamelijke werk wat mensen in die tijd deden, heeft mogelijk geleid tot kleine botblessures aan de voeten.

Volgens de onderzoekers is er echter nog wel vergelijkend onderzoek naar oudere skeletten nodig om de conclusie echt hard te maken.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd