Een astronaut die wat ziekjes is, kan in de toekomst met behulp van een chip achterhalen wat er mis met hem is.
Tenminste: dat is de bedoeling. ESA werkt namelijk hard aan een chip die diagnoses in de ruimte kan stellen. De chip moet niet teveel ruimte innemen en ook in gewichteloosheid zijn werk kunnen doen.
Twee delen
Het ‘laboratorium op een chip’ bestaat uit twee delen. Een rond schijfje en een elektronisch apparaatje. Op het schijfje kunnen astronauten een druppeltje bloed achterlaten. Dit schijfje moet in het apparaatje worden gestopt. Het schijfje gaat draaien, zodat het bloed het hele schijfje bedekt en het apparaatje meet vervolgens onder meer het bloedsuiker en kan vaststellen of de lever en nieren nog naar behoren werken.
Analyse
Het hele systeem is er al, maar ESA wil dit nu aan gaan passen zodat het ook in de ruimte zijn werk kan doen. In eerste instantie zal de chip vooral in het ISS goed van pas komen. “Het pensioen van de spaceshuttle heeft de hoeveelheid lading die we vanuit het ruimtestation mee kunnen nemen sterk beperkt,” legt Nadine Fritz namens ESA uit. Daarom is het logisch dat de organisatie op zoek gaat naar manieren om eenvoudige analyses gewoon in de ruimte plaats te laten vinden.
Dus straks kunnen we in de ruimte al bloedprikken en het analyseren. Daarvoor hebben we de aarde dus al niet meer nodig. Weer een stukje onthechting en weer een stukje dichterbij zo’n zelfstandige kolonie in de ruimte?
