Terwijl alle lichten uitgaan en u uw ogen sluit, werken onze hersenen gewoon door. Zij kneden emoties, ervaringen en prikkelingen samen tot dromen en nachtmerries. Vaak gaan dromen gepaard met beelden en geluiden. Maar hoe droomt iemand die doof én blind is? En maakt het nog verschil of iemand al vanaf zijn geboorte doof en blind is?
Blind én doof vanaf de geboorte
Mensen die vanaf hun geboorte niet kunnen zien en horen dromen zeker wel, maar vaak zijn deze dromen heel anders dan die van mensen die niet doof en blind zijn. De belangrijkste zintuigen zijn voor hen immers niet kijken en horen, maar voelen, proeven en ruiken. Zij zullen dus dromen over geuren, gevoelens, prikkelingen en smaken.
Blind vanaf de geboorte
Het is te kort door de bocht om te zeggen dat het visuele systeem van mensen die nooit hebben kunnen zien niet actief is tijdens dromen. Hoogleraar F. Lopes da Silva van de universiteit van Amsterdam deed onderzoek naar blinde dromen. Hij betwijfelt of blindgeborenen kunnen zien, maar hij beweert wel dat het visuele systeem actief is. “Je kunt wel zeggen dat blinden ‘virtuele dromen’ hebben, dus wel dromen ervaren en er in hun hoofd beelden bij kunnen oproepen, maar die beelden niet echt zíen.” Een voorbeeld: blinden weten hoe een vierkant getekend wordt en kunnen zich daar in hun hoofd een voorstelling van maken, ook al hebben ze een vierkant nooit echt gezien.
WIST U DAT…
Doof vanaf de geboorte
Mensen die vanaf hun geboorte doof zijn, horen waarschijnlijk geen geluid in hun dromen. De hersenen hebben namelijk nog nooit geluid verwerkt en weten niet hoe ze dit moeten verwerken in dromen.
Op later leeftijd doof of blind
Een heel ander verhaal wordt het als iemand op latere leeftijd niet meer kan horen en zien. Als een persoon de magische leeftijd van zeven jaar is gepasseerd, dan blijft hij of zij altijd in beelden en geluiden dromen. Stel, iemand van acht jaar kan plotseling niet meer zien en horen, dan kan deze persoon zijn hele leven nog dromen van geluiden en beelden. Toch is het wel logisch dat de weggevallen zintuigen in de loop van de tijd minder nadrukkelijk aanwezig zijn in dromen en dat iemand steeds vaker droomt in smaken, geuren en prikkels.
