IJsbreker die onderzoekers eerder expres in zee-ijs vast lieten lopen, weet de noordpool zorgwekkend eenvoudig te bereiken

Historische omstandigheden tijdens een historische missie.

Op 19 augustus om 12.45 uur was het dan zover: De Duitse ijsbreker Polarstern bereikte de Noordpool. Het schip volgde een route naar het noorden van Groenland en voer door een gebied dat in het verleden bedekt was met dik, meerjarig ijs. De reis naar de Noordpool was eigenlijk zorgwekkend eenvoudig. En dat geeft maar weer aan hoe nijpend de situatie in het Arctisch gebied momenteel is.

De expeditie van de Polarstern

Wetenschappers aan boord van de ijsbreker Polarstern vertrokken in oktober 2019 naar de Noordpool met een wat merkwaardig doel: zich vast laten lopen in het Arctisch zee-ijs en zich weerloos mee laten voeren door de zeestromingen. Een jaar lang zouden de onderzoekers aan boord van de Polarstern op de Noordelijke IJszee – verankerd aan het zee-ijs – ronddobberen en gegevens verzamelen over de poolgebieden en zee-ijsschotsen. De bedoeling van de expeditie – die de naam Multidisciplinary drifting Observatory for the Study of Arctic Climate (MOSAIC) draagt – is om betere klimaat- en weersvoorspellingen te bewerkstelligen. De gevolgen van klimaatverandering zijn namelijk vooral in het Noordpoolgebied duidelijk te zien; een regio die twee keer sneller opwarmt dan de rest van de aarde. Wetenschappers vertrokken dan ook met een belangrijke missie naar dit ijskoude gebied: onderzoek doen naar klimaatverandering in het Noordpoolgebied, de gevolgen die het verdwijnen van het zee-ijs heeft, de atmosfeer en het lokale ecosysteem.

In oktober 2019 liet de ijsbreker zich vastlopen in zee-ijs en liet zich willoos meevoeren met de stroming. Alles verliep volgens plan. De onderzoekers wisten de eerste helft van de meer dan een jaar durende tocht door de Noordelijke IJszee dan ook met succes af te ronden. Maar het team kwam plotsklaps voor onvoorziene uitdagingen te staan toen het coronavirus uitbrak. De pandemie bemoeilijkte de uitwisseling van de bemanning, die door de uitbraak niet meer konden reizen. Hoewel het oorspronkelijk niet in de planning zat, besloot de kapitein van de Polarstern in april om het vastgevroren schip los te maken. Gelukkig kon de expeditie in juni worden hervat en keerden de onderzoekers met frisse moed terug naar de plek waar de ijsbreker oorspronkelijk vastzat. Al wisten de onderzoekers dat ze mogelijk niet lang meer in het zee-ijs vast zouden zitten, omdat de zomer ieder moment zijn intrede kon doen en het omringende ijs zou laten smelten. 29 juli 2020 werd als de vroegste, potentiële smeltdatum aangewezen. En die voorspelling kwam uit. Eind juli brak de ijsschots waar de Polarstern zich aan verankerd had. En dus vervolgde het schip zijn weg naar de Noordpool.

Makkelijk
De onderzoekers zijn nu op hun eindbestemming aangekomen. En dat ging verrassend makkelijk. De reis door de Famstraat – een zeestraat tussen Groenland en Svalbard – naar de Noordpool nam slechts zes dagen in beslag. “Ik was zeer verrast om te zien hoe zacht het ijs tot 88 graden noorderbreedte was en hoe gemakkelijk we ons hier een weg doorheen konden banen,” vertelt kapitein Thomas Wunderlich. “Dit geeft aan hoe dun en poreus het is. Maar zelfs nadat we de 88 graden noorderbreedte hadden gepasseerd, behielden we meestal een snelheid van vijf tot zeven knopen: ik heb dat nog nooit zo ver naar het noorden gezien.”

De ijsbreker de Polarstern baant zich een weg door het zee-ijs. Afbeelding: Steffen Graupner

Satellietbeelden gaven al aan dat de ijslaag voorbij 87 graden noorderbreedte opvallend los zat. “Tot 87 graden noorderbreedte reisden we voor het grootste gedeelte door open water, dat zich soms zelfs tot de horizon uitstrekte,” vertelt expeditieleider Markus Rex. “Op basis van de satellietbeelden wisten we aanvankelijk niet of deze losse ijsbedekking het gevolg was van smelt, of wind en stroming. Als laatstgenoemde het geval was, zou het ijs weer dichtgroeien als het weer zou omslaan. Als we in dit ijs vast zouden komen te zitten, zouden we als een muis in een val zijn gelopen.” Al snel ontdekte het team dat het zee-ijs echt was weggesmolten en niet door de wind was gebroken. Het laat daarom goed zien hoe aanzienlijk snel het zee-ijs in de maand juli wegkwijnt.

Laatste fase
De laatste fase van de turbulente expeditie is nu aangebroken. Tijdens deze periode gaat het team de vriesfase bestuderen: het laatste stukje van de puzzel wat betreft het observeren van het poolijs tijdens zijn jaarlijkse cyclus. “Afhankelijk van de ijscondities gaan we zo snel mogelijk op zoek naar een geschikte ijsschots in de buurt van de Noordpool, zodat we aan het werk kunnen gaan,” legt Rex uit. Het plan is om het begin van de bevriezing en de eerste fase van ijsvorming te onderzoeken. Idealiter bestuderen de onderzoekers deze processen op een ijsschots die zoveel mogelijk lijkt op de schots waar het schip eerder aan verankerd zat.

Als de expeditie erop zit, zal dit wetenschappers een schat aan informatie opleveren. Al die data zullen direct worden ingezet om modellen te verbeteren. Bovendien kan dit meehelpen om de veranderingen in het Noordpoolgebied verder in kaart te brengen, die vervolgens weer door toekomstige poolexpedities kunnen worden gebruikt. Het doel van de expeditie is namelijk om het ‘nieuwe’ noordpoolgebied te begrijpen en inzicht te krijgen in wat er in de afgelopen tien jaar precies is veranderd. Want op dit moment hebben we eigenlijk nog niet veel nieuwe waarnemingen opgedaan in dit ‘nieuwe’ poolgebied. En dit is van fundamenteel belang voor ons begrip over wat het Noordpoolgebied in de toekomst te wachten staat.

Bronmateriaal

"MOSAiC expedition reaches the North Pole" - AWI

Afbeelding bovenaan dit artikel: Steffen Graupner

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd