Intelligente mensen zijn vaker geneigd om anderen te vertrouwen dan mensen die minder intelligent zijn. Dat blijkt uit een verrassend nieuw onderzoek. Onduidelijk is nog hoe die resultaten te verklaren zijn.
Onderzoekers van Oxford University trekken die conclusie op basis van een analyse van de General Social Survey, een nationaal onderzoek dat elke één tot twee jaar in de VS wordt uitgevoerd. De resultaten onderschrijven eerdere studies die in Europa werden uitgevoerd en waaruit eveneens bleek dat mensen die intelligenter zijn vaker geneigd zijn om anderen te vertrouwen.
De onderzoekers weten niet goed hoe ze de resultaten moeten verklaren. Een mogelijke verklaring kan zijn dat mensen die intelligenter zijn beter in staat zijn om anderen te beoordelen en dus sterker geneigd zijn om relaties aan te gaan met mensen die ze minder snel zullen bedriegen. Een andere verklaring kan zijn dat slimmere mensen beter in staat zijn om situaties te overzien en het dus sneller doorhebben wanneer er voor een ander een reden kan zijn om zich niet aan de afspraken te houden.
Uit eerdere onderzoeken is ook gebleken dat mensen die meer vertrouwen op anderen doorgaans gezonder en gelukkiger zijn. De onderzoekers sluiten in deze studie uit dat mensen die anderen vaker vertrouwen, alleen maar zeiden een betere gezondheid te hebben en gelukkiger te zijn, simpelweg omdat ze intelligenter waren. Nee, de mensen waren echt gelukkiger en gezonder. “Mensen die anderen vertrouwen, maken melding van een betere gezondheid en groter geluk,” stelt onderzoeker Francesco Billari. Hij wijst erop dat het onderzoek daarmee implicaties heeft op het gebied van onder meer gezondheid en overheidsbeleid. “Er zijn goede redenen om te denken dat overheden, religieuze groeperingen en andere organisaties zouden moeten proberen om meer vertrouwen in de samenleving te kweken.”
