Je geheugencapaciteit is tien keer groter dan verwacht

Hoeveel herinneringen kan een gemiddeld mens opslaan? Het is een lastige vraag, want het brein is zeer complex. Wetenschappers beweren in een paper in eLife dat de geheugencapaciteit tien keer groter is dan verwacht, namelijk minstens één petabyte.

Wat is een petabyte nu precies? Stel, je zou cd-romschijven zonder doosjes opstapelen, dan zou een toren met één petabyte aan informatie ongeveer 1,8 kilometer hoog zijn. Een petabyte komt daarnaast overeen met 42.400 single-layer blu-rayschijven. Kortom, er is een limiet aan hoeveel herinneringen, feiten, songteksten en beelden onze hersenen kunnen opslaan, maar de opslagcapaciteit is zo groot, dat ons brein nooit ‘vol’ is. Daarnaast is ons brein uitgerust met een automatische ‘prullenbak’-functionaliteit. Oude, irrelevante herinneringen worden langzaam uitgewist.

Om de geheugencapaciteit vast te stellen ontrafelden wetenschappers iedere zenuwcel en synaps in de hersenen. Een synaps verbindt zenuwcellen en zorgen ervoor dat informatie wordt overgedragen. Een zenuwcel kan via duizenden synapsen in verbinding staan met duizenden andere zenuwcellen.

De grootte van een synaps is bepalend voor het opslaggeheugen. Tot nu toe dachten onderzoekers dat er slechts een paar verschillende formaten synapsen bestaan, maar uit nieuw onderzoek blijkt dat er 26 verschillende groottes zijn. “Er zijn tien keer meer verschillende formaten dan we dachten en dat komt overeen met 4,7 bits aan informatie”, zegt Tom Bartol van het Salk Instituut. “Voorheen dachten we dat het brein een of twee bits aan korte en lange termijn geheugen in de hippocampus had.”

Veranderende formaten
De synapsen blijven niet even groot. Iedere twee tot twintig minuten groeien of krimpen synapsen, afhankelijk van de signalen die ze ontvangen.

Efficiënte computers
Opvallend is dat het brein veel data kan opslaan, maar dat onze hersenen slechts 20 watt stroom genereren. “Dankzij onze hersenen kunnen we leren om betere, efficiëntere computers te ontwikkelen”, zegt Terry Sejnowski van het Salk Instituut.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd