Mensen begonnen 320.000 jaar geleden al met handelen

Dat blijkt uit vondsten in het zuiden van Kenia.

Zo’n 1,2 miljoen jaar geleden waren er in het Olorgesaillie-bekken in het zuiden van Kenia al mensachtigen te vinden. Gedurende honderdduizenden jaren maakten zij hier grote handbijlen, waarvan archeologen er al talloze hebben teruggevonden.

Obsidiaan
Een aantal jaren geleden stuitten onderzoekers in het Olorgesaillie-bekken echter op iets bijzonders: veel kleinere, met grotere zorg vormgegeven gereedschappen. En onderzoek wijst nu uit dat ze verrassend oud zijn: de gereedschappen zouden tussen de 320.000 en 305.000 jaar geleden zijn gemaakt. En terwijl de grove handbijlen die eerder in het gebied zijn teruggevonden, gemaakt werden van stenen die lokaal voorhanden waren, bleken deze verfijnde gereedschappen te zijn gemaakt van obsidiaan, een vulkanisch gesteente dat hier niet voorkomt. Een analyse van het vulkanisch gesteente wijst uit dat het afkomstig is van verschillende gebieden die tussen de 25 en 90 kilometer van de vindplaats verwijderd zijn.

Handel
Het suggereert dat mensen in dit deel van Afrika zo’n 320.000 jaar geleden al handelden met andere groepen die soms wel tientallen kilometers verderop woonden. “Dit is kenmerkend voor onze soort,” stelt onderzoeker Alison Brooks. Het lijkt er dan ook op dat het onze soort was die deze handelsnetwerken opzette, maar zeker weten de onderzoekers dat niet; de oudste in Oost-Afrika teruggevonden fossiele resten van Homo sapiens zijn zo’n 120.000 jaar jonger dan de gereedschappen die nu zijn ontdekt.

Verandering
Wat onderzoekers wel zeker weten, is dat de ontdekte gereedschappen getuigen van een ommezwaai. Na honderdduizenden jaren zo ongeveer hetzelfde te hebben gedaan, gingen mensen opeens andere materialen gebruiken en gereedschappen maken en de interactie aan met andere, verre groepen. De onderzoekers denken dat het te herleiden is naar snelle veranderingen in het leefgebied van deze mensen. Aardbevingen gaven hun leefgebied letterlijk opnieuw vorm, terwijl het klimaat enorm fluctueerde, waardoor perioden van extreme droogte en extreme neerslag elkaar afwisselden. Om in dat veranderende landschap overeind te blijven, konden de mensen waarschijnlijk niet anders dan samenwerken en innoveren. “Zo’n reactie zou menselijke populaties geholpen hebben om stand te houden te midden van veranderingen in klimaat en leefgebied die waarschijnlijk bijdroegen aan de ondergang van vele andere soorten in de regio,” aldus onderzoeker Tyler Faith.

Naast de verfijnde gereedschappen en het vulkanisch gesteente hebben de onderzoekers in het gebied ook rode oker en zwarte mangaan gevonden. Tevens is er bewijs gevonden dat beide materialen gebruikt werden als kleurstoffen. “We weten niet wat men ermee kleurde,” aldus onderzoeker Rick Potts. Hij benadrukt echter dat het gebruik van kleurstoffen door archeologen vaak gezien wordt als de oorsprong van complexe, symbolische communicatie. “Net zoals kleur vandaag de dag gebruikt wordt in kleding of vlaggen om een identiteit uit te dragen, kunnen deze pigmenten mensen geholpen hebben om te communiceren dat ze lid waren van een groep of banden te onderhouden met verre groepen.”

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd