Near-Field Communicatie: de toekomst van communicatie

De toekomst van communicatie is Near-Field Communicatie. In de toekomst hebben onze telefoons allemaal een speciale NFC-chip en kunnen we dus contactloos betalen in de supermarkt of inklokken op het werk. Maar wat is Near-Field Communicatie eigenlijk precies? En waarom is het zo’n interessante manier van communiceren? En ook belangrijk: wat kan de gewone consument in de toekomst doen wat nu nog niet kan?

Wie wel eens met de metro reist heeft een OV-chipkaart. In deze OV-chipkaart zit een NFC-chip. Wanneer de chip binnen tien centimeter van een speciale NFC-scanner komt, dan gaat het poortje van het metrostation open en kan een reiziger gebruik maken van het openbaar vervoer. Na de rit scant de gebruiker zijn kaart, waarna het ritbedrag van de OV-chipkaart wordt gehaald. Dankzij de OV-chipkaart hoeven reizigers nooit meer een pasje in een pinautomaat te stoppen of een pincode in te toetsen. Opwaarderen kan gemakkelijk via internet of via automatische incasso.

Ook handig: klanten van Rabo Mobiel kunnen via internet een toegangsbewijs kopen van Diergaarde Blijdorp. Als een telefoon is uitgerust met een NFC-chip, dan kunnen ze gewoon doorlopen.

Allerlei toepassingen
“NFC-chips zijn spotgoedkoop en daardoor kan iedereen ze gebruiken”, legt Alexander Rensink uit. “Stel, u gaat naar een bar en wilt graag een vriend(in) scoren, dan kunt u een NFC-chip op uw rug plakken met de boodschap ‘ik ben vrijgezel’. Iemand anders kan de chip met zijn of haar telefoon scannen en kan reageren indien hij of zij interesse heeft.”

Er zijn speciale programma’s en apparaten om een NFC-chip (ook wel een NFC-tag genoemd) een tekst als ‘ik ben vrijgezel’ te geven. Dit kan sinds kort zelfs met de telefoon, bijvoorbeeld met de applicatie TagWriter. Open de applicatie, schrijf een tekst en houd de telefoon in de buurt van een passieve NFC-tag (oftewel een NFC-chip die alleen maar een boodschap overbrengt en geen stroom nodig heeft). Vervolgens kan de NFC-tag de boodschap overnemen. Plak de NFC-chip op uw rug en iedereen kan de boodschap lezen.

Er zijn meer toepassingen. Een museum kan NFC-tags naast schilderijen plakken. Wanneer een bezoeker meer wil weten over een schilder of over een schilderij, dan kan hij de chip scannen met zijn mobiele telefoon. Vervolgens verschijnt er op de telefoon meer informatie.

Of wat dacht u van betalen in een supermarkt? Nu doen we dit nog met een ‘antieke’ pinpas, maar binnenkort kunt u wellicht met uw telefoon afrekenen. Even de telefoon langs de scanner halen en het bedrag wordt automatisch van de rekening gehaald.

NFC-tags kunnen niet heel veel informatie bevatten. Zo is het onmogelijk om een videofilm door te sturen. Dit hoeft echter geen struikelblok te zijn. Een NFC-tag kan bijvoorbeeld het adres van een WiFi-netwerk en een wachtwoord opslaan. Wanneer iemand de NFC-tag scant, dan maakt de telefoon automatisch verbinding met internet en wordt er een bestand via Wi-Fi gedownload.

NFC-chips in telefoons
De meeste hedendaagse mobiele telefoons bevatten geen NFC-chip. Er zijn enkele uitzonderingen, zoals de Google Nexus S en de Samsung Galaxy S II. Het eerste toestel is onlangs gelanceerd, terwijl de telefoon van Samsung pas over enkele maanden in de winkels ligt. In deze toestellen zit geen passieve NFC-chip, maar een actieve NFC-chip. Het verschil is dat een actieve NFC-chip actief communiceert met andere chips. Een passieve NFC-chip kan bijvoorbeeld niet gebruikt worden om een andere NFC-chips te lezen, aangezien daar elektriciteit voor nodig is. Zo is het bijvoorbeeld wel mogelijk om met een passieve NFC-chip te betalen (het betaalautomaat leest de chip af), maar niet om andere NFC-chips te scannen. Om een tekst als ‘ik ben vrijgezel’ op de rug van iemand te lezen, heeft een apparaat een actieve NFC-chip nodig.

Hoewel er nu nog niet veel toestellen zijn met een NFC-chip, komen er in de toekomst waarschijnlijk veel meer telefoons op de markt met zo’n Near-Field Communicatie-chip. Dit soort chips worden steeds populairder. Waarom? Dankzij Google! Google heeft een eigen mobiele besturingssysteem met de naam Android. De nieuwste versie van Android (Gingerbread, 2.3) ondersteunt Near-Field Communicatie. Wanneer een telefoon een NFC-chip heeft, dan kunnen applicaties daar gebruik van maken.

Zijn er al NFC-applicaties? Nog niet heel veel, maar langzamerhand zien steeds meer ontwikkelaars toekomst in Near-Field Communicatie. Het is heel goed mogelijk dat in de toekomst banken, winkels en musea applicaties op de markt brengen die informatieoverdracht via NFC-chips mogelijk maken.

Beveiligingsmodule
Maar hoe weet een NFC-chip in een telefoon dat deze telefoon van jou is? Dankzij een speciale beveiligingsmodule. Op dit moment is er overigens nog niet één gestandaardiseerde beveiligingsmodule. Iedere fabrikant, provider of bedrijf past een eigen manier toe.

“Op dit moment zijn er drie manieren om NFC-chips te beveiligen. Dit kan met een SD-kaart, met een speciaal aangepaste SIM-kaart of met een speciale module in de telefoon”, zegt Rensink. Stel, de Rabobank wil dat klanten bij winkels afrekenen via NFC, dan moet de Rabobank wel weten welke NFC chip bij welke klant hoort. De beveiligingsmodule kunt u vergelijken met een soort pincode. Ieder apparaat met een NFC-chip heeft een andere beveiligingsmodule, die weer gekoppeld is aan een bepaalde klant. Klanten van de Rabobank kunnen een SD-kaart in hun telefoon stoppen met een beveiligingsmodule. De NFC-chip in de telefoon maakt verbinding met de beveiligingsmodule, waarna de Rabobank weet dat jij degene bent die iets koopt.

Een andere mogelijkheid is dat de beveiligingsmodule in de SIM-kaart zit. “Dit heeft de voorkeur van mobiele telecomproviders, omdat de uitwisseling van gegevens dan via de providers verloopt”, zegt Rensink. Een andere oplossing is een losse beveiligingsmodule in een telefoon.

Is het veilig?
Wie aan Near-Field Communicatie denkt, die krijgt een beeld voor zich van de OV-chipkaart en hoe makkelijk die kaart te kraken is. Is Near-Field Communicatie eigenlijk wel veilig?

Jazeker, er zijn verschillende maatregelen die ervoor zorgen dat persoonlijke gegevens niet makkelijk gestolen kunnen worden. Ten eerste moet een NFC-chip binnen tien centimeter bij een scanner gehouden worden om informatie af te lezen. Anders werkt het niet! Ten tweede kan een NFC-chip in een telefoon uitgeschakeld worden wanneer die niet wordt gebruikt.

Een doemscenario: een zakkenroller steelt in de toekomst uw telefoon en rekent vervolgens met uw telefoon af bij de kassa. Is dit mogelijk? Jazeker, maar dat kan nu ook als een zakkenroller uw onbeveiligde chipknip steelt. Daarnaast zijn er verschillende manieren om uw telefoon te beschermen (bijv. met een wachtwoord of patroon). Ook kunt u uw telefoon en NFC-chip direct blokkeren als uw telefoon gestolen wordt, waardoor niemand het toestel meer kan gebruiken om af te rekenen. Wanneer een dief de telefoon wil gebruiken om af te rekenen bij de kassa van een winkel, dan krijgt de kassamedewerker een signaal te zien dat de klant een gestolen toestel gebruikt.

En eerlijk is eerlijk: we zullen een NFC-chip nooit koppelen aan onze bankrekening. Waarschijnlijk zullen we in de toekomst onze NFC-chip opwaarderen met een bepaald geldbedrag, waar we vervolgens boodschappen mee kunnen doen. Als de telefoon gestolen wordt, dan hebben de criminelen toegang tot het geldbedrag op de telefoon, maar gelukkig niet tot uw bankrekening.

Waarom nu?
Waarom is Near-Field Communicatie nu pas in opkomst? NFC bestaat toch al veel langer? Ja, dat klopt, maar NFC is al veel langer in opkomst dan wij denken. In Japan betalen mensen al dagelijks via NFC. Nederland en België lopen mijlenver achter. Met de komst van NFC-chips in telefoons heeft iedereen straks een toestel met een chip, waardoor bedrijven niet meer om het gebruik van Near-Field Communicatie heen kunnen. Organisaties moeten wel iets doen met NFC, anders krijgen ze boze klanten.

Het proces zal niet heel snel gaan, want om gebruik te maken van NFC moeten consumenten eerst een telefoon met een NFC-chip hebben. De eerste Android-toestellen met een NFC-chip zijn pas begin 2011 gelanceerd en het zal waarschijnlijk nog zeker vijf jaar duren voordat iedereen een toestel met een NFC-chip heeft. Dit hoeft de ontwikkeling van Near-Field Communicatie echter niet in de weg te staan. De overstap naar NFC kan voor klanten stapsgewijs plaatsvinden. Eerst zullen alleen trendsetters er gebruik van maken in winkels, daarna volgt de rest van de bevolking.

Eén ding is zeker: Near-Field Communicatie is niet een vaag toekomstvisioen. Over tien jaar is NFC waarschijnlijk net zo normaal als WiFi-netwerken. Uw telefoon wordt uw bankpas, paspoort en sleutel in één. Oh ja, waarschijnlijk kunt u er tegen die tijd ook nog gewoon mee bellen. Dat is ook mooi meegenomen, nietwaar?

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd