Onze CO2-uitstoot moet nog véél verder omlaag dan gedacht

De natuurlijke uitstoot van opwarmende draslanden en permafrost blijkt namelijk groter dan gedacht.

Een paar jaar geleden werd het Parijse klimaatakkoord gesloten. Met dit akkoord beloofden alle landen wereldwijd – met uitzondering van de VS, dat er later weer uitstapte – er alles aan te doen om de opwarming van de aarde tot 2 graden Celsius te beperken en zich zelfs in te zetten voor een maximale temperatuurstijging van 1,5 graad Celsius. Om de doelstellingen van het Parijse klimaatakkoord te halen, moet onze CO2-uitstoot natuurlijk omlaag. Het is een hele opgave gebleken om daar op internationaal niveau afspraken over te maken. En een nieuw onderzoek maakt het nog ingewikkelder dan het al was; in het blad Nature Geoscience schrijven onderzoekers dat we om de Parijse klimaatdoelstellingen te halen onze CO2-uitstoot tot wel 20% verder terug moeten dringen dan tot voor kort werd gedacht. Het is allemaal te wijten aan draslanden en permafrost die in een warmere wereld veel meer broeikasgassen afgeven dan werd aangenomen.

Draslanden en permafrost
Draslanden zijn heel natte gebieden waar de grond methaan – een zeer krachtig broeikasgas – afgeeft. Deze methaanuitstoot is groter als de grond opwarmt. Het betekent dat deze draslanden in een opwarmende wereld meer methaan zullen afgeven. Hetzelfde geldt voor permafrost: permanent bevroren gebieden die door opwarming van de aarde steeds vaker ontdooien. En wanneer ze ontdooien, geeft de grond CO2 en soms ook methaan af aan de atmosfeer. “De uitstoot van broeikasgassen van natuurlijke draslanden en permafrost-gebieden is gevoelig voor klimaatverandering, voornamelijk middels veranderingen in de temperatuur van de grond,” aldus onderzoeker Edward Comyn-Platt.

Positieve feedback
Klimaatverandering veroorzaakt sneeuwbaleffecten. Onderzoekers noemen dat ook wel feedback. In het geval van draslanden en permafrost gaat het om positieve feedback: processen die voortkomen uit de opwarming van de aarde, dragen ook weer bij aan de opwarming van de aarde. Neem permafrost: dat smelt doordat de aarde opwarmt en gaat vervolgens broeikasgassen afgeven die weer resulteren in meer opwarming en dus meer ontdooiend permafrost.

Grote impact
Dat draslanden en permafrost bij hogere temperaturen meer broeikasgassen af gaan geven, is niet nieuw. Maar wat onderzoekers nu aantonen, is dat de impact van deze natuurlijke bronnen van broeikasgassen veel groter is dan gedacht, zelfs wanneer de aarde slechts 1,5 graad Celsius opwarmt. “Veranderingen in deze emissies zullen de hoeveelheid broeikasgassen in de atmosfeer veranderen en moeten worden meegenomen wanneer we inschatten hoeveel mensen onder het Parijse klimaatakkoord kunnen uitstoten,” aldus Comyn-Platt.

Model
De onderzoekers baseren zich op een vrij nieuw type klimaatmodel dat eigenlijk naar een specifieke temperatuurstijging – bijvoorbeeld 2 graden Celsius – toerekent. Daarbij wordt gekeken welke uitstoot past bij zo’n temperatuurstijging. En wanneer de onderzoekers rekening hielden met de natuurlijke uitstoot van draslanden en permafrost bleek de maximale hoeveelheid broeikasgassen die wij onder het Parijse klimaatakkoord mogen uitstoten, dus flink lager te liggen dan eerder werd ingeschat. “We waren verrast over hoe groot deze permafrost- en drasland-feedback kan zijn als de aarde slechts 1,5 graad Celsius opwarmt,” aldus onderzoeker Chris Huntingford.

Het komt er dus op neer dat we onze uitstoot nog verder moeten gaan beperken dan gedacht. Hoe? Dat is natuurlijk de grote vraag. Hoewel het Parijse klimaatakkoord – en dus alle goede bedoelingen en beloftes – al enkele jaren oud is, zijn politici er nog niet in geslaagd om het klimaatakkoord met internationale emissie-afspraken ook echt handen en voeten te geven. Gehoopt wordt dat daar dit najaar tijdens de klimaatconferentie in Katowice (Polen) verandering in gaat komen. Maar of de afspraken die daar worden gemaakt ver genoeg gaan om de opwarming daadwerkelijk tot 2 of zelfs 1,5 graad Celsius te beperken, valt in het licht van dit nieuwe onderzoek echter te betwijfelen.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd