Recensie: Leonardo en het laatste avondmaal

We kennen de schildering allemaal en er doen zich de vreemdste verhalen over de ronde: Het Laatste Avondmaal. Maar hoe kwam het tot stand en waarom vereeuwigde Leonardo da Vinci dat wereldberoemde moment zo? Een nieuw boek bijt zich in dat soort vraagstukken vast.

Hoewel de beruchte schildering waarop te zien is hoe Jezus en zijn discipelen het laatste avondmaal nuttigen al aan het eind van de vijftiende eeuw tot stand kwam, blijft het de gemoederen bezighouden. De afbeelding intrigeert, biedt op de één of andere manier ruimte voor de meest vreemde interpretaties. Aan het begin van deze eeuw kwam de schildering daardoor weer even helemaal in het middelpunt van de belangstelling te staan. In Dan Browns roman De Da Vinci Code ontvouwt zich een prachtig verhaal waarin gesteld wordt dat de discipel aan de rechterhand van Jezus in werkelijkheid een vrouw zou zijn. En niet zomaar een vrouw: de vrouw van Jezus. En ook wetenschappers geloven wel dat er een geheime boodschap in het werk verstopt zit, al zij het niet zo’n groot geheim als de vrouw van Jezus. Zo verbaasden onderzoekers zich enkele jaren geleden nog over het feit dat op tafel hele andere etenswaren liggen dan we in Johannes 13 (het bijbelboek waarin het laatste avondmaal aan bod komt) lezen. “Waarom brood, vis, zout, citrus en wijn? Waarom is het zoutvaatje voor Judas omgevallen? Waarom is het brood gezuurd?” vroegen de onderzoekers zich af. De wetenschappers moeten niets hebben van het fantasme van Dan Brown, maar stellen wel dat het doek vol symboliek zit. Da Vinci lijkt ons voortdurend op het verkeerde been te willen zetten. Bijvoorbeeld met de vissen die hij op zijn schildering ‘serveert’: het kunnen palingen zijn. Paling in het Italiaans is aringa en wordt hetzelfde uitgesproken als een ander Italiaans woord: arringa (indoctrinatie). Een stil verzet tegen de katholieke kerk? En als het geen palingen zijn, zijn het haringen. In het Italiaans: renga, een woordje dat nog een betekenis heeft: hij die de religie ontkent.

Onrustige maaltijd

Wie Het Laatste Avondmaal goed bekijkt, ziet dat dit niet zomaar mensen zijn die zitten te eten. Er heerst onrust aan de tafel. De spanning, verontwaardiging en verbazing is van de gezichten af te lezen. En daarmee is deze afbeelding van het laatste avondmaal in vele opzichten een stuk spannender dan andere, vergelijkbare schilderingen. De onrust is goed te verklaren: tijdens het laatste avondmaal vertelt Jezus aan Zijn discipelen dat één van hen Hem zal verraden.

Het verhaal van Leonardo
Wat een verhalen. Maar wie de schildering werkelijk wil leren begrijpen, zal zich toch niet vast moeten bijten in romans en andere speculatieve bronnen, maar zich moeten verdiepen in Da Vinci zelf, de tijd waarin hij leefde, de sociale context in de stad waarin hij dit fresco tot stand liet komen. We moeten achterhalen hoe Da Vinci in aanraking kwam met dat wonderlijke Bijbelverhaal en begrijpen hoe zijn relatie met de kerk was. Ross King, schrijver van ‘De hemel van de paus. Michelangelo en de Sixtijnse kapel‘ en ‘De koepel van Brunelleschi‘ begrijpt dat als geen ander. Om een kunstwerk te begrijpen, moeten we de kunstenaar doorgronden. In zijn nieuwste boek laat hij dat motto vol enthousiasme los op de vader van de bijna onmogelijk te begrijpen kunstwerken uit de vijftiende eeuw: Leonardo da Vinci. Het boek vormt daarmee een uniek en nauwkeurig kijkje in het leven van een genie in roerige tijden.

Een detail van het fresco: Jezus. Wie model gestaan heeft voor Christus, weten we niet. Het moet wel een jonge man zijn geweest. Wellicht de soldaat Giovanni Conte. In tegenstelling tot veel andere schilderingen van het laatste avondmaal besloot Da Vinci Jezus met een baard af te beelden. Mogelijk omdat er in de Middeleeuwen steeds meer (niet allemaal even betrouwbare) bronnen opdoken die erop wezen dat Jezus een baard had.

Voorbereiding
King begint waar verhalen het beste kunnen beginnen: bij het begin. Hij haalt er aantekeningen en schetsen van Da Vinci zelf bij om uit te leggen hoe hij tot dit wereldberoemde fresco kwam. King vertelt over de sersaccenti delle pancacce die overal in Florence te vinden waren: mannen van allerlei rangen en standen die midden op straat met elkaar in discussie gingen of gewoon zaten te kletsen. Da Vinci moet deze mannen – en dan vooral hun bewegingen tijdens het praten – fascinerend hebben gevonden. Er zijn flink wat schetsen teruggevonden waarmee hij de mannen en hun armgebaren of hun houding vereeuwigde. En mogelijk inspireerden deze mannen hem ook tijdens het schilderen van Het Laatste Avondmaal. King wijst in zijn boek op aantekeningen van Da Vinci die beschrijven hoe verschillende tafelgenoten op één spreker reageerde. Hoewel niet bewezen kan worden dat Da Vinci zich echt door deze gebeurtenis liet inspireren, wordt wel duidelijk dat hij oog voor detail had en alledaagse waarnemingen ongetwijfeld in zijn afbeeldingen van gebeurtenissen die honderden jaren eerder plaatsvonden, verwerkte.

Iemand die aan het drinken was en het glas op zijn plaats heeft gehouden terwijl hij zijn hoofd naar de spreker draaide. Een ander haakt de vingers van zijn handen in elkaar terwijl hij zich met opgetrokken wenkbrauwen tot zijn metgezel wendt. Weer een ander spreidt zijn armen, toont zijn handpalmen en trekt de schouders op tot aan zijn oren, zijn mond vertrokken van verbazing (…) Weer een ander heeft zich omgedraaid, eveneens met een mes in de hand en stoot met zijn hand een glas om op tafel. Een ander legt zijn hand op de tafel en kijkt toe. Een ander spuwt zijn eten uit.”

Tegelijkertijd verloor Da Vinci het verhaal waar zijn schildering over ging geen moment uit het oog. Zodra hij de opdracht kreeg om het laatste avondmaal op de muur van het klooster Santa Maria Delle Grazie te vereeuwigen, kocht hij een Bijbel. Dat wil niet zeggen dat hij alles in dat boek klakkeloos voor waar aannam. Uit zijn aantekeningen blijkt wel dat hij vaak vragen stelde bij wat hij las. Toch moeten we Da Vinci niet afschilderen als een felle tegenstander van de kerk, merkt King op. Hoewel hij tegen de zin van de kerk in anatomische studies uitvoerde voor zijn kunstwerken, lijkt zijn geloof door die studies niet te verzwakken. Sterker nog: het onderzoek zou zijn geloof versterkt hebben. Hij beschrijft het lichaam in zijn aantekeningen als ‘wonderbaarlijk instrument ontworpen door de voortreffelijke meester’. Toch had Da Vinci ook zijn twijfels bij bepaalde kerkelijke instanties. Zo zou hij zich geërgerd hebben aan – wat hij bestempelt als – hypocriet gedrag van kloosterlingen.

Wat schuift het?

Wat kreeg Da Vinci betaald voor het schilderen van dit meesterwerk? Dat weten we niet helemaal zeker, maar er gingen in die tijd geruchten dat hij er 2000 dukaten voor kreeg. Omgerekend – rekening houdend met de huidige goudprijs – zou dat zo’n 271.651 euro zijn geweest.

Context
Maar King beperkt zijn verhaal over Da Vinci’s schildering en leven niet tot gebeurtenissen omtrent Da Vinci zelf. Hij haalt er ook de politieke en sociale omstandigheden bij. De contacten die Da Vinci had met zijn opdrachtgevers, de Franse koning Karel VIII die in 1495 (rond die tijd begon Da Vinci aan het fresco te werken) Napels binnenviel en de stad veroverde, de Heilige Liga die moest voorkomen dat de Turken de Christelijke wereld binnen zouden vallen, enzovoort. In hoeverre die omstandigheden invloed uitoefenden op het werk van Da Vinci is lang niet altijd duidelijk, maar de context helpt ons wel een beter beeld te krijgen van hoe de wereld van Da Vinci eruitzag en hoe die zijn werk beïnvloed zou kunnen hebben.

Johannes de Doper, door Leonardo da Vinci.
De Da Vinci Code
Natuurlijk kan King in zijn boek ook niet om de Da Vinci Code heen. Klopt het dat Da Vinci Johannes aan de avondmaaltafel verving door Maria Magdalena? En was Da Vinci werkelijk lid van de Priorij van Sion? Dat laatste kan King heel gemakkelijk ontkrachten. De Priorij van Sion is een verzinsel, een hersenspinsel uit de twintigste eeuw van een man genaamd Pierre Plantard. En daarmee wordt al een belangrijk onderdeel van de theorie die in de Da Vinci Code wordt opgeworpen ontkracht: de Priorij van Sion, in het leven geroepen om de nakomelingen die Jezus samen met Maria Magdalena op de wereld zette, te beschermen, is een verzinsel en Da Vinci behoorde er dan ook niet toe. Maar kon Da Vinci desalniettemin er voor gekozen hebben om Johannes weg te laten en te vervangen door Maria Magdalena? King trekt dat sterk in twijfel. Hij moet erkennen dat Johannes er misschien wat vrouwelijk uitziet, maar wijst er tegelijkertijd op dat Da Vinci het geweldig vond om duidelijke aanwijzingen omtrent het geslacht van de mensen die hij afbeeldde, weg te laten. Een mooi voorbeeld daarvan is zijn schildering van Johannes de Doper. Het lichaam heeft rondingen, de persoon raakt zijn borst aan en het gezicht is absoluut vrouwelijk. De schildering heeft daardoor iets mysterieus en houdt de aandacht aanzienlijk langer vast dan een traditionele afbeelding van Johannes de Doper. Is dat waar Da Vinci met zijn bijzondere aanpak op uit was? Of moeten we er werkelijk meer achter zoeken? King pleit er overduidelijk voor ons niet teveel mee te laten slepen door allerlei zeer speculatieve theorieën. Hij baseert die nuchterheid op de aantekeningen van Da Vinci zelf waaruit blijkt dat hij eerst bedacht had Johannes slapend tegen de borst van Jezus af te beelden. Dat was heel normaal geweest: veel schilders uit die tijd kozen voor zo’n pose als ze het laatste avondmaal vereeuwigden. Er waren ook schilders die ervoor kozen de twee hand in hand af te beelden. Ze stonden zo symbool voor een tevreden mystiek huwelijk: de ziel wordt vereeuwigd met God. Maar uiteindelijk besloot Da Vinci Johannes en Jezus heel anders af te beelden en toch voor een actievere houding te gaan, door niet het moment voordat Jezus aankondigt dat iemand Hem zal verraden, maar juist het moment kort daarna te vereeuwigen. Het moment waarop Johannes zich richting Petrus buigt die hem vraagt over wie Jezus het dan toch heeft. “Het huwelijk waarop in Het Laatste Avondmaal wordt gezinspeeld, is dus niet een geheim huwelijk tussen Jezus en Maria Magdalena, maar de veelgeprezen mystieke verbintenis tussen Jezus en de geliefde discipel,” concludeert King.

Feitjes

Het boek bevat niet alleen uitgebreide verklaringen over bijvoorbeeld Het Laatste Avondmaal. Ook allerlei andere interessante feitjes komen aan bod. Wist u bijvoorbeeld dat Da Vinci vegetariër was, mede omdat hij – aldus zijn eigen aantekeningen – echt ontzet was dat dieren gevangen genomen werden, werden opgegeten, of getrakteerd werden op “klappen, porren, vloeken en allerlei mishandelingen”.

Leonardo en het laatste avondmaal is een nuchter boek. Het toont aan dat het werk en de gedachtegang van Da Vinci zelfs wanneer we de speculatieve theorieën eromheen weglaten, uiterst fascinerend zijn. Beter dan ooit wordt duidelijk waarom Da Vinci deed wat hij deed. En opvallend genoeg is het niet King die dat allemaal invult: keer op keer gebruikt hij de aantekeningen van Da Vinci zelf. Een betere bron is er natuurlijk niet. Wie zich ooit wel eens vol verwondering aan een werk van Da Vinci vergaapt heeft (hetzij online of in het echt) of zich wel eens verwonderd heeft over de theorieën die door de jaren heen rondom Da Vinci zijn ontstaan, zou dit boek eigenlijk gelezen moeten hebben. Het vormt een prachtige aanvulling op wat het grote publiek al van Da Vinci denkt te weten en plaatst zijn werk en zijn leven in een broodnodig perspectief dat de laatste jaren mede door het werk van Dan Brown eigenlijk een beetje uit het zicht is verdwenen.

Nieuwsgierig? U kunt het boek hier direct bestellen!

Bronmateriaal

-

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd