Succesvolle embryo-transfer biedt noordelijke witte neushoorn hoop

En dat is precies wat deze soort – die momenteel nog maar twee vrouwtjes telt – nodig heeft.

Wetenschappers hebben een eicel van een zuidelijke witte neushoorn – die momenteel veel beter gedijt dan de noordelijke witte neushoorn – buiten het lichaam van het dier bevrucht met sperma van een soortgenoot. De embryo die daaruit voortkwam, is vervolgens met succes teruggeplaatst. Het is een primeur. Het biedt niet alleen hoop voor zuidelijke witte neushoorns die op natuurlijke wijze niet zwanger kunnen raken, maar ook voor noordelijke witte neushoorns die op zeer korte termijn al van de aardbodem dreigen te verdwijnen.

De noordelijke witte neushoorn
Nadat in het voorjaar van 2018 de allerlaatste mannelijke noordelijke witte neushoorn stierf, zijn er momenteel nog maar twee vrouwtjes in leven. Najin en Fatu zijn de laatsten van hun soort en door gezondheidsproblemen niet langer in staat om nageslacht op de wereld te zetten. Toch is de soort niet bij voorbaat al ten dode opgeschreven. Onderzoekers hebben namelijk sperma van inmiddels overleden noordelijke witte neushoorns opgeslagen. En dat kan in theorie gebruikt worden om eicellen van Najin en Fatu te bevruchten, waarna een zuidelijke witte neushoorn dienst zou kunnen doen als draagmoeder.

De terugplaatsing
Het is een uitdagend plan. Maar met de succesvolle terugplaatsing van een zuidelijke witte neushoorn-embryo lijkt een eerste stap gezet. Gemakkelijk was die eerste stap zeker niet. zo vertelt Thomas Hildebrandt, verbonden aan het Leibniz Institute for Zoo and Wildlife Research en nauw betrokken bij het BioRescue-project dat de noordelijke witte neushoorn middels IVF en met behulp van een zuidelijke witte neushoorn-draagmoeder van de ondergang wil redden. “Er waren best een paar uitdagingen, wat begon met het transporteren van het embryo vanuit onze cryobank naar de Chorzow Zoo (waar de draagmoeder woont, red.) en het verdoven van de moeder. Werken met dierlijke patiënten is altijd een uitdaging, omdat je vrij weinig weet over de status van hun gezondheid. Je kunt een neushoorn voor je ‘m verdooft niet vragen of deze ergens pijn heeft of sinds kort andere symptomen heeft. En daarom moeten we tijdens dit soort procedures heel voorzichtig zijn. Wat daarnaast één van de moeilijkste dingen is, is dat je heel precies moet werken. Het dier is een zwaargewicht van twee ton, terwijl het embryo slechts een paar millimeter groot is. We moesten het met enorme precisie, met behulp van zelfontwikkelde gereedschappen, in de voortplantingsorganen plaatsen. Maar uiteindelijk is de transfer niet de grootste uitdaging. De grootste uitdaging is dat de moeder het embryo accepteert en dat het gaat groeien, zodat een zwangerschap ontstaat. Er zijn nauwelijks protocollen die je kunt volgen om het tot een succes te maken. Het is echt onontgonnen terrein.” Of de terugplaatsing van het embryo daadwerkelijk tot een zwangerschap leidt, is op dit moment onbekend. “We zullen de moeder in september opnieuw onderzoeken en dan weten we of ze zwanger is of niet,” vertelt Hildebrandt aan Scientias.nl.

Stroperij

Balanceren op het randje van uitsterven. Dat is ook de zuidelijke witte neushoorn overkomen. Tegen het eind van de negentiende eeuw waren er – voornamelijk door stroperij – nog slechts 100 zuidelijke witte neushoorns over. Maar in tegenstelling tot de noordelijke witte neushoorn is de zuidelijke witte neushoorn er weer een eind bovenop gekomen. Doordat onder andere natuurorganisaties zich hard maakten voor de bescherming van de soort, telt deze vandaag de dag zo’n 20.000 individuen. Het succesverhaal staat in schril contrast met het verhaal van de noordelijke witte neushoorn, die in het wild inmiddels is uitgestorven. Zowel Najin als Fatu leven in gevangenschap.

De noordelijke witte neushoorn
Voor nu is de succesvolle terugplaatsing op zichzelf al een hele prestatie. Maar dat betekent zeker niet dat de terugplaatsing van een eventuele noordelijke witte neushoorn-embryo een gelopen race is. Want de noordelijke en zuidelijke witte neushoorn mogen dan nauw aan elkaar verwant zijn; ze zijn zeker niet hetzelfde. “Ze zijn eigenlijk best verschillend,” bevestigt Hildebrandt. “Zowel qua gewicht als qua de lengte van de hoorn, de vorm van de rug, de structuur van de huid, vorm van de poten en voorkeur voor leefgebied.” Toch verwacht Hildebrandt niet dat deze verschillen het onmogelijk maken om de technieken die nu gebruikt zijn om een zuidelijke witte neushoorn zwanger te maken, straks ook in te zetten om de noordelijke witte neushoorn te redden. “We zijn heel optimistisch, maar uiteindelijk zullen we moeten zien of een noordelijke witte neushoorn-embryo perfect kan leven in een zuidelijke witte neushoorn-draagmoeder.”

Eicellen
Voor er nagedacht kan worden over een terugplaatsing van een noordelijke witte neushoorn-embryo zal er echter eerst nog een hoop werk verzet moeten worden. Want het sperma van de dode mannetjes mag dan in de vriezer liggen: de eicellen moeten nog geoogst worden. Op de vraag hoe lastig dat gaat zijn, stelt Hildebrandt dat niets in dit gehele proces echt makkelijk is. “Maar we hebben wel wat ervaring met het oogsten van eicellen, of ‘ovum pickup‘ (OPU) zoals wij dat noemen en we hebben er in zekere zin al wat handigheid in gekregen. Aan de andere kant is het uitvoeren van een OPU in zuidelijke witte neushoorns compleet anders dan proberen om eicellen te oogsten bij Najin en Fatu, de laatste twee noordelijke witte neushoorns. We weten dat we geen fouten mogen maken.” Want dit zijn de laatste twee individuen van hun soort. “Er is gewoon geen ruimte om het nog eens en nog eens en nog eens te proberen als er bijvoorbeeld met het verdoven iets misgaat.”

“Zelfs als we dit alles tot een succes kunnen maken, is nog steeds onzeker of de mensheid de noordelijke witte neushoorn een wereld kan bieden waarin deze in het wild, veilig kan leven”

Twee verschillende benaderingen
Het moge duidelijk zijn dat er nog een lange weg te gaan is als het gaat om het redden van de noordelijke witte neushoorn middels IVF. “De hele procedure telt heel wat stappen en elke stap is lastig en risicovol,” stelt Hildebrandt. “En met elke stap wordt het ook moeilijker, maar we moeten het doen om succes te boeken.” En ook als er straks meerdere kleine, gezonde noordelijke witte neushoorns rondlopen, zijn we er nog niet. “Het lot van de soort blijft dan onzeker. Het aantal eicellen en zaadcellen dat we beschikbaar hebben, is te klein om een gezonde populatie te creëren, dus we zullen de soort met deze aanpak alleen niet redden. Daarom werken we gelijktijdig ook aan een andere aanpak, waarbij we levende cellen uit bijvoorbeeld de huid gebruiken om stamcellen te creëren die kunnen transformeren tot eicellen of spermacellen. Middels deze aanpak – die overigens nog lastiger is – krijg je een grotere genenpoel.” En ook als deze aanpak werkt, zijn we er mogelijk nog niet. “Zelfs als we dit alles tot een succes kunnen maken, is nog steeds onzeker of de mensheid de noordelijke witte neushoorn een wereld kan bieden waarin deze in het wild, veilig kan leven. Dat is misschien nog wel de grootste uitdaging en eentje waar wij als biologen en dierenartsen weinig aan kunnen doen.”

Terwijl onderzoekers zo voor heel wat uitdagingen staan, tikt de tijd door. Want zeker ethisch gezien is haast geboden, legt Hildebrandt uit. “Najin en Fatu kunnen ons nog een paar jaar van eicellen voorzien en het sperma heeft praktisch geen houdbaarheidsdatum.” En de stamceltechnologie maakt het in principe mogelijk om ook na de vruchtbare jaren van de noordelijke witte neushoornvrouwtjes nog eicellen te genereren. “Wat ons het meest onder druk zet, is dat we willen dat een pasgeboren noordelijke witte neushoorn opgroeit naast zijn soortgenoten Najin en Fatu. Het jong moet van zijn familieleden leren wat het betekent om een noordelijke witte neushoorn te zijn. Het zou tragisch zijn als een noordelijke witte neushoorn vanaf het begin van zijn leven de enige van zijn soort zou zijn.”

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd