Supernova-explosies niet altijd symmetrisch

Type Ia supernova-explosie’s ontstaan als een witte dwerg (een dode ster) teveel materie verzamelt en te zwaar wordt. Wanneer het object de massadrempel overschrijdt, dan ontploft het. Toch zagen kosmologen grote verschillen in de ontploffende sterren. Gelukkig is er een verklaring gevonden.

Kosmologen zagen verschillen in de samenstelling van het licht bij verschillende type Ia supernova-explosie’s, terwijl er bij elke type Ia evenveel licht vrijkomt. De verklaring kan volgens een international team van wetenschappers gevonden worden in de asymmetrie van de explosies.

“Asymmetrische explosies kunnen de verschillende soorten supernova’s verklaren”, zegt Giorgos Leloudas van het Dark Cosmology onderzoeksteam. Als een explosie niet in het centrum van een witte dwerg, maar meer naar buiten begint, dan verloopt de explosie niet symmetrisch.

Leloudas: “Hoe een asymmetrische supernova-explosie eruit ziet hangt af van de positie van de observeerder.”

De ontdekking komt als een opluchting voor kosmologen, die type Ia supernova’s gebruiken om de afstand tot verre sterrenstelsels te meten. Zij kunnen witte dwergsterren gewoon als zogenaamde ‘standaardkaarsen’ blijven zien.

“Des te meer verschillende supernova’s we observeren, des te meer verschillen in kijkhoeken we eruit kunnen filteren”, concludeert Leloudas.

Bronmateriaal

"Supernovae mystery solved" - Niels Bohr Institute

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd