Wetenschappers denken eindelijk te weten waarom het sperma van een fruitvlieg langer is dan dat van de mens.
Het sperma van alle dieren dient hetzelfde doel: de eitjes van het vrouwtje bevruchten. Toch zijn de verschillen tussen sperma van verschillende diersoorten groot. Wist je bijvoorbeeld dat kleine dieren opvallend lange spermacellen hebben? Zo is het sperma van een muis langer dan dat van een olifant. En hebben fruitvliegen sperma dat duizendmaal langer is dan dat van walvissen.
Waarom?
Lang konden onderzoekers niet verklaren waarom het sperma van kleine dieren juist groter is. Maar een nieuw onderzoek schept wat meer duidelijkheid.
Lengte versus aantal
Hoe langer het sperma, hoe minder spermacellen een dier kan opslaan. Lengte gaat dus ten koste van aantal. In feite moet een dier dus ‘kiezen’: veel spermacellen of grote spermacellen. De onderzoekers tonen aan dat voor grote dieren veel spermacellen waardevoller is dan grote spermacellen. Terwijl het voor kleine dieren juist waardevoller is om grote spermacellen te hebben.
Laten we als voorbeeld de olifant nemen. De olifant is een groot dier met kleine spermacellen. Die spermacellen komen terecht in de grote voortplantingsorganen van het vrouwtje. In dat geval loont het om veel sperma te produceren, want de kans dat sperma de weg kwijt raakt, is groot en dus moet de olifant zijn kansen spreiden.
Anders is het voor een klein dier, bijvoorbeeld een muis. Het is gemakkelijker voor het sperma van de muis om bij de eicel te komen, maar omdat het vrouwtje met meerdere mannetjes paart, moet het sperma wellicht de confrontatie aangaan met sperma van andere mannetjes. Dan loont het om groot, sterk sperma te hebben. Natuurlijk komt het ook wel voor dat vrouwtjes met een groot lichaam met meerdere mannetjes paren, maar zelfs dan zijn aantallen belangrijker dan grootte als het gaat om sperma. Omdat de voortplantingsorganen van het vrouwtje groot zijn, is de kans dat sperma van verschillende mannetjes elkaar tegenkomt, relatief klein.
