Wetenschap pent journal vol over jurk die families verscheurde

jurk

Herkent u ‘m nog? De jurk die families en vriendenkringen verscheurde, omdat we het er maar niet over eens konden worden wat voor kleur ‘ie had? Wetenschappers hebben zich nog eens in het mysterie verdiept.

Misschien heb je er al weken niet meer aan gedacht en zijn de verhitte discussies al enige tijd stilgevallen. Want wat valt er nog te discussiëren als de één gewoonweg iets heel anders ziet dan de ander? Maar jij mag er dan klaar mee zijn geweest: de wetenschap was dat nog niet, zo blijkt wel nu in het blad Current Biology maar liefst drie(!) papers over de jurk zijn verschenen.

Met een rode jurk hadden we dit probleem niet gehad. Afbeelding: Gegenfurtner et al. / Current Biology.
Met een rode jurk hadden we dit probleem niet gehad. Afbeelding: Gegenfurtner et al. / Current Biology.
1. “Dit was nooit gebeurd als de jurk rood was geweest”
Tot die conclusie komen onderzoekers in één van die papers. De onderzoekers stellen dat alle proefpersonen die de jurk bekeken in feite dezelfde kleurtinten zagen, alleen de helderheid daarvan verschilde. De kleuren die de proefpersonen zagen, liepen uiteen van heel lichtblauw (bijna wit) tot helderblauw, van geel en goud tot donkerbruin (bijna zwart). Deze kleuren hebben één ding met elkaar gemeen: het zijn de kleuren die daglicht – afhankelijk van de positie van de zon – in kan nemen. Zo is daglicht rond het middaguur blauwig, terwijl het in de ochtend en avond gelig is. Normaal gesproken filteren we het effect dat de kleur van het daglicht op de kleur van objecten heeft, uit door een referentiepunt te gebruiken. Dat referentiepunt heeft een kleur die daglicht niet kan aannemen, denk aan groen of rood. Maar op de foto van de bewuste jurk zijn geen groene of rode objecten te zien, waardoor we niet kunnen afleiden welke invloed daglicht op de kleur van de jurk heeft en dus moeten we daarover speculeren. Het brein van de één speculeert dat de jurk bij blauw daglicht is gefotografeerd en ziet andere kleuren dan de proefpersoon die aanneemt dat de jurk bij warm daglicht is gefotografeerd. Was de jurk rood geweest, dan hadden we dit hele probleem dus niet gehad.

2. “Jong en oud zien wat anders”
Voor het tweede paper lieten onderzoekers 1400 mensen de jurk zien. Uit dat onderzoek blijkt dat de kleuren die mensen zien sterk samenhangen met hun leeftijd en geslacht. Zo blijken oudere mensen en vrouwen vaker een wit met gouden jurk te zien, terwijl jongeren mensen vaker een blauw met zwarte jurk zien. Hoe kan dat? De onderzoekers denken dat het te maken heeft met het soort licht dat het brein van de proefpersonen in zijn omgeving verwacht. Zo zullen mensen die een groot deel van hun tijd onder kunstlicht doorbrengen sterker geneigd zijn om een zwart met blauwe jurk te zien, terwijl mensen die net nog aan natuurlijk licht zijn blootgesteld, sterker geneigd zijn om een wit met gouden jurk te zien. “Je visuele systeem moet besluiten of het afrekent met de kortere, blauwe golflengten van licht of de langere, rode golflengten van licht en die keuze verandert de wijze waarop je ‘De Jurk’ ziet,” stelt onderzoeker Bevil Conway.

Voor één van de onderzoeken werden de strepen omgekeerd. Spontaan veranderen daarop de kleuren die mensen zien. Afbeelding: Current Biology.
Voor één van de onderzoeken werden de strepen omgekeerd. Spontaan veranderen daarop de kleuren die mensen zien. Afbeelding: Current Biology.
3. Omgekeerd wordt alles anders
In een derde paper betogen onderzoekers dat de jurk aantoont dat het menselijk oog sterker geneigd is om blauwe objecten te verwarren met blauw licht. Wat bedoelen ze daarmee? Stel: je staart naar een grijs object en maakt het grijs ietsje geler of blauwer, dan is het waarschijnlijker dat je denkt dat het object geel in plaats van blauw is. Dat komt waarschijnlijk doordat het oog geëvolueerd is onder blootstelling van natuurlijk licht. Experimenten onderschrijven dat. De onderzoekers vroegen 87 studenten welke kleur de lichtblauwe strepen van de jurk volgens hen hadden. Vijftig procent stelde ‘wit met goud’, vijftig procent stelde ‘blauw met zwart’. Vervolgens bewerkten de onderzoekers de foto: ze draaiden de kleuren van de brede strepen om met de kleuren van de smalle strepen. Nu stelde bijna 95 procent van de proefpersonen dat de lichtere strepen geel waren. Het suggereert dat mensen veel sterker geneigd zijn om een oppervlak als wit of grijs te beschouwen als de hoeveelheid blauw varieert. “Wij hebben een nieuwe eigenschap van kleurperceptie en -constantie ontdekt,” zo schrijven de onderzoekers.

Wie bang is dat al deze wetenschappelijke aandacht de discussie in huiselijke kring weer zal doen oplaaien, kunnen we geruststellen. Inmiddels is duidelijk dat de jurk die op deze foto te zien is in werkelijkheid blauw met zwart is. Punt uit.

Bronmateriaal

Current Biology

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd