Zonnepanelen zijn het beste alternatief voor fossiele brandstoffen

Zonne-energie is langzaam maar zeker het goedkoopste en minst vervuilende alternatief voor fossiele brandstoffen geworden.

Die conclusie trekken Nederlandse onderzoekers in het blad Nature Communications. “In onze studie hebben wij zorgvuldig alle duurzaamheidsaspecten van de productie en de opbrengst van zonnepanelen over de afgelopen veertig jaar onderzocht,” vertelt onderzoeker Wilfried van Sark, verbonden aan de Universiteit Utrecht. “Hieruit blijkt dat zonne-energie momenteel zowel het goedkoopste als het schoonste alternatief is voor fossiele brandstoffen.”

Schoon
Maar hoe zit het dan met de productie van zonnepanelen? Daarbij komt toch ook aardig wat CO2 vrij? Dat ontkennen de onderzoekers geen moment. Maar: de zonnepanelen hebben in de afgelopen 40 jaar meer CO2-uitstoot voorkomen dan veroorzaakt. “Uit ons onderzoek blijkt dat ondanks de sterke groei van het aantal zonnepanelen, de uitstoot van CO2 tijdens de productie ruimschoots teniet wordt gedaan door de schone productie van elektriciteit door die zonnepanelen,” vertelt onderzoeker Atse Louwen, eveneens verbonden aan de UU. “Het omslagpunt is eind 2014 gepasseerd.”

De kosten
En ook de kosten van zonne-energie zijn in veertig jaar tijd enorm gedaald. In de jaren zeventig keken we nog aan tegen een kostprijs van zo’n 75 euro per watt. Inmiddels is dat minder dan 1 euro per watt. Die prijsdaling ontstaat doordat er op steeds grotere schaal zonnepanelen worden vervaardigd en doordat de opbrengst per zonnepaneel steeds groter is geworden.

Beter
En het wordt alleen maar beter, zo voorspellen de onderzoekers. Want er wordt nog steeds aan zonnepanelen geknutseld, waardoor ze efficiënter worden of de productie milieuvriendelijker verloopt.

Op dit moment is er wereldwijd een capaciteit van 300 gigawatt geïnstalleerd. Als je al die zonnepanelen naast elkaar zou leggen, zou je 250.000 voetbalvelden kunnen vullen. Naar verwachting kunnen zij dit jaar meer dan 370 terawattuur elektriciteit leveren. Het betekent dat de zonnepanelen ongeveer 1,5 procent van de energie die wereldwijd nodig is, leveren. “Dat lijkt misschien weinig, maar is toch al een besparing van zo’n 170 megaton CO2,” benadrukt Van Sark.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd